TB BS1 2F

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 1

BS1 2F 

Tekstsoorten en leesstrategieen

Een tekst kan slechts
1 tekstdoel hebben.
Juist of onjuist?

De schrijver of spreker geeft informatie over een bepaald onderwerp. De tekst is neutraal.

Welk tekstsoort?

1. activeren
2. overtuigen
3. informeren
4. amuseren

De schrijver of spreker geeft zijn mening over een bepaald onderwerp. Daarvoor geeft hij argumenten.
Welk tekstsoort?

1. activeren
2. overtuigen
3. informeren
4. amuseren

De schrijver of spreker legt uit hoe je iets moet doen. De bedoeling is dat je een handeling goed uitvoert.
Welk tekstsoort?

1. activeren
2. overtuigen
3. informeren
4. instruerend

Als je wilt weten om wat voor tekstsoort het gaat en wat het doel van de tekst is. Je kijkt dan naar de titel, de tussenkopjes en de illustraties.
Welke leesstrategie?

1. verkennend
2. globaal
3. nauwkeurig/gericht
4. zoekend

Als je wilt weten wat het belangrijkste is. Je let dan op de grote lijn, op de hoofdzaken. Bij een geschreven tekst lees je de eerste zin van elke alinea.

Welke leesstrategie?

1. verkennend
2. nauwkeurig/gericht
3. zoekend
4. globaal

Als je een antwoord wilt hebben op een specifieke vraag. Je let op bijvoorbeeld een bepaald woord of een naam.

Welke leesstrategie?

1. globaal
2. nauwkeurig
3. verkennend
4. zoekend

Als alle informatie belangrijk voor jou is.Bijvoorbeeld als je de inhoud moet onthouden voor een toets.

Welke leesstrategie?

1. nauwkeurig
2. globaal
3. verkennend
4. zoekend

Je komt soms woorden in een tekst tegen die je niet kent.

Wat doe je om de betekenis te achterhalen?