Thema2 BS5 Celkern

Celkern
1 / 25
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Celkern

Slide 1 - Slide

Leerdoelen 2.5 Celkern
Je kunt de kenmerken van chromosomen benoemen
Je kunt de bouw en functie van DNA beschrijven

Slide 2 - Slide

Eerst even lezen,...
BS5 De celkern
bladzijde 123, 124, 125 (bovenaan)
timer
5:00

Slide 3 - Slide

celkern-chromosomen-DNA

Slide 4 - Slide

De celkern
Iedere celkern bevat chromosomen = langgerekte dunne draden die bestaan uit DNA opgerold in eiwitten 

Slide 5 - Slide

Chromosomen kun je niet zien, behalve als een cel zich gaat delen. Dan worden ze korter en dikker en worden ze zichtbaar onder de microscoop. 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Chromosomen
  • Chromosomen bestaan voornamelijk uit DNA
  • DNA is een soort wenteltrap, de traptreden zijn basen. (A, G, T OF C)
  • Elke trap bestaat uit basenparen (A-T) (C-G)

Slide 8 - Slide

Basenparen en basen in DNA

Slide 9 - Slide

Functie DNA
In DNA is enorm  veel informatie opgeslagen,...
  • Bijvoorbeeld oogkleur, haarkleur, huidskleur etc.

  • Dit noemen we erfelijke eigenschappen

  • De code voor één erfelijke eigenschap = Gen

Slide 10 - Slide

Een cel in je iris bevat kleurstoffen. Welke kleurstoffen dan zijn is vastgelegd in het DNA. 

Slide 11 - Slide

De celkern
Alle chromosomen in één celkern samen bevatten alle erfelijke informatie van een organisme.

Hierdoor kunnen alle genen bijvoorbeeld worden afgelezen aan de hand van wangslijmvliescellen, of je bloed

Slide 12 - Slide

Hoeveel Chromosomen?
  • Mensen : 46 chromosomen (23 paar)
  • Elke lichaamscel bevat 46 chromosomen (23 paar)
  • beencel, hersencel, maagcel, vingercel, etc.
  • Per soort organisme verschilt het aantal chromosomen

Slide 13 - Slide

46 chromosomen van de mens
46

Slide 14 - Slide

Chromosomen andere soorten

Slide 15 - Slide

Het DNA in de celkern van een spiercel is hetzelfde als het DNA in de celkern van een zenuwcel.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quiz

DNA bepaalt je
A
Uiterlijk
B
Erfelijke eigenschappen
C
Leeftijd
D
Ouders

Slide 17 - Quiz

Wat zijn de bouwblokken van DNA?
A
Organel
B
Chromosoom
C
Gen
D
Basen

Slide 18 - Quiz

Hebben plantencellen ook DNA?
A
Ja
B
Nee

Slide 19 - Quiz

Waar bevindt zich dit DNA in een cel?
A
In de celkern
B
In het cytoplasma (=celplasma)

Slide 20 - Quiz

Uit welke basen bestaat DNA
A
C,G,T,O
B
A,G,T,U
C
A,C,G, T
D
T,G,U,O

Slide 21 - Quiz

Hoe noem je de letters in het DNA?
A
Chromosomen
B
Genen
C
Basenparen
D
Eiwitten

Slide 22 - Quiz

Wat is DNA?
A
al je erfelijke eigenschappen
B
het materiaal met erop erfelijke informatie
C
al je 46 chromosomen bij elkaar

Slide 23 - Quiz

Wat is de functie van DNA?
A
DNA onthoudt wat er in de cel gebeurd is
B
DNA bevat de codes voor werkzame eiwitten
C
DNA bevat de code voor al je eigenschappen
D
DNA geeft kleur aan de celkern

Slide 24 - Quiz

En nu aan de slag,...BS5 De celkern
Maken opdracht 1 t/m +9
timer
15:00

Slide 25 - Slide