Groep 6, 7, 8: Stop motion verhaal, LES 1

Film op de Witte Olifant
Ben ik in beeld?
Stop Motion Verhaal, les 1
Groep 6, 7 & 8
1 / 23
next
Slide 1: Slide
FilmeducatieMediawijsheid+2BasisschoolGroep 3,4

This lesson contains 23 slides, with text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Introduction

Filmles cultuurcoach traject groep 4 Les 4: Het animeren van papier In deze les gaan de leerlingen leren animeren met papier. Ze ontdekken hoe je iets in stop-motion snel maar ook langzaam kunt bewegen. Dit doen ze door zelf hun papieren bootje te animeren - het papieren bootje kan ook worden gewijzigd naar een thema van de school.

Instructions

Lesdoelen
  • Leerling kan papieren animatie onderzoeken, herkennen en benoemen
  • Leerling kan in eigen woorden uitleggen hoe papier animatie werkt
  • Leerling kan zelf een papieren animatie maken
  • Leerling kan het onderscheid maken tussen een snelle en langzame bewegingen
  • Leerling kan in eigen woorden uitleggen waarom je voor een langzame beweging veel foto's nodig hebt
  • Leerling kan in eigen woorden uitleggen waarom je voor een snelle beweging weinig foto's nodig hebt

Opzet / 80-90 min 
  • Intro I 5 min I 
  • Filmpje kijken en onderzoeken I 10 min I
  • Oefenen tempo I 10 min I 
  • Bootje vouwen of uitknippen en versieren I 20 min I 
  • Zelf aan de slag met papieren animatie I 30 min I 
  • Filmpjes van elkaar bekijken I 10 min I 
  • Meneer Karton kijken I 10 min I 
  • Afsluiten I 5 min I 

Materiaal
  • digibord & lessonup 
  • 4 Ipads met Stop Motion Studio App
  • Kabel van Ipad naar digibord om de film te laten zien
  • 4x topshot statieven
  • kleurpotloden en stiften (van school)
  • A2 papier voor achtergrond (via school)
  • A4 papier voor bootjes (of andere objecten) (van school)
  • x-aantal printjes van de bijlage 'bootje knippen'
  • bijlage bootje vouwen

Tweede docent nodig
Ja

Extra filmruimtes of filmen in school
Nee

Thematisch werken
Je kunt met deze les goed thematisch werken - alles waar 'bootje' staat in deze les kun je vervangen door een animatie-object binnen het thema van de school.



Items in this lesson

Film op de Witte Olifant
Ben ik in beeld?
Stop Motion Verhaal, les 1
Groep 6, 7 & 8

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Programma
Stop motion opdracht
1.       Bedenken van het verhaal          
               
2.      Maken van achtergronden en personages           
              
3.      Maken van stop motion      
              
4.      Maken van geluid
  


                          
                      

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Programma
Wat is stop motion?

Slide 3 - Slide

Groep 5
Terugblik op 'Stop Motion workshop' van Cinekid
  • Hoe was het om een filmpje te maken?
  • Wat heb je geleerd?
  • Kan iemand uitleggen wat stop motion is?

Slide 4 - Slide

Jullie hebben films gezien in Eye Filmmuseum. 

Vragen:
> Wat kunnen jullie er over vertellen?
> Wat hebben jullie gezien?
> Welk filmpje vonden jullie bijzonder?

 

Programma
Films in Eye

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Slide

Monsieur Hublot
  • Wat vond je van dit filmpje? (Alle antwoorden zijn goed. Vraag vooral door: wat vond je leuk, grappig, gek, etc.)
  • Waar ging dit filmpje over? 

Slide 7 - Slide

Otto

Animeren is iets dat eigenlijk niet beweegt tot leven en in beweging brengen!
Dit filmpje is met een computer gemaakt. 
  • Wat vond je van dit filmpje? (Alle antwoorden zijn goed. Vraag vooral door: wat vond je leuk, grappig, gek, etc.)
  • Waar ging dit filmpje over? 

Slide 8 - Slide

Blindelings

Animeren is iets dat eigenlijk niet beweegt tot leven en in beweging brengen!
Hier is een stop motion gemaakt met braille schrift.
  • Wat vond je van dit filmpje? (Alle antwoorden zijn goed. Vraag vooral door: wat vond je leuk, grappig, gek, etc.)
  • Waar ging dit filmpje over? (Over meneer papier die een wandeling ging maken. Onderweg maakte hij allerlei dieren en dingen van papier.)
  • Wat wordt hier tot leven gebracht? (Een papieren mannetje)
  • Van welk materiaal is dit mannetje gemaakt?(Een mannetje van papier)
  • Hoe is Meneer Papier in beweging gekomen? (Net zoals bij de les over het animeren van mensenSteeds wanneer de camera uit staat wordt het mannetje een stukje bewogen)
Programma
Meneer papier

Slide 9 - Slide

Kijken Meneer Papier

We gaan nu eerst kijken naar een film. 
Let maar goed op of je kunt zien dat deze meneer en zijn hond zijn gemaakt van papier.

Ook jullie gaan werken met papier!

Slide 10 - Link

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

De film nabespreken
  • Wat vond je van dit filmpje? (Alle antwoorden zijn goed. Vraag vooral door: wat vond je leuk, grappig, gek, etc.)
  • Waar ging dit filmpje over? (Over meneer papier die een wandeling ging maken. Onderweg maakte hij allerlei dieren en dingen van papier.)
  • Wat wordt hier tot leven gebracht? (Een papieren mannetje)
  • Van welk materiaal is dit mannetje gemaakt?
  • Hoe is Meneer Papier in beweging gekomen? 

Slide 12 - Video

Jeugdjournaal Item Stop-Motion (3 min)

Bespreek na: 
Wij gaan de komende weken ook een stop-motion maken. We beginnen deze week met het verhaal en bedenken van de set. Volgende les gaan we de set knutselen. De les daarna de personages, en dan gaan we de film opnemen! 
VERHAAL 
VERHAAL

Slide 13 - Slide

Verhaal
We gaan de komende lessen aan de slag met het maken van onze eigen stopmotion film!

We starten met nadenken over ons filmverhaal, een verhaal heeft altijd een begin-midden en einde. 
  • We gaan nu het filmpje Aeronaut kijken. 
  • Wat gebeurt er in het begin, midden en einde?

Slide 14 - Video

Aeronaut (2:15 min)


HET VERHAAL
Begin

Midden

Eind
Broer en zus en beetje enge vader worden geintroduceerd
Er gebeurt iets: het jongetje bouwt een vliegtuig en die wordt kapot gemaakt
Goed of slecht einde van gebeurtenis: broer en zus vliegen weg in eigen gemaakt vliegtuig

Slide 15 - Slide

Verhaal
Een verhaal heeft meestal een begin, midden en een eind. De film die je net zag had dat ook.
Wat gebeurde er in het begin, midden en eind van Aeronaut?

Uitleg
  1. In het begin worden de personages bekend (broer en zus en beetje enge vader)
  2. In het midden gebeurt er iets (het jongetje bouwt een vliegtuig en die wordt kapot gemaakt) 
  3. en op het eind komt het avontuur tot een goed (of slecht!) einde (broer en zus vliegen weg in eigen gemaakt vliegtuig). 
SPEL: MAAK DE ZIN AF...

Slide 16 - Slide

MAAK DE ZIN AF (spel) 
We gaan met z'n allen spelenderwijs een verhaal maken! 

Uitleg (*simpelere variatie onderin notitie)
Ga met z'n allen in een kring zitten (of begin van achter naar voor in de klas zelf). Wijs een deelnemer aan die mag starten met het spel. Deze speler mag de eerste zin verzinnen en bedenkt ook het eerste woord (in het onderstaande voorbeeld dik gedrukt) van de zin die zijn of haar buurman moet maken.

De spelers mogen om de beurt een zin verzinnen, het spel draait met de klok mee. Zo ontstaat er een verhaal wat je met de hele groep maakt.

Denk aan het begin, midden en eind!
Herhaal: in het begin worden de personages bekend, in het midden gebeurt er iets en aan het einde komt deze gebeurtenis tot een goed of slecht eind.

(herinner de leerlingen aan de overgangen tussen deze stukken tijdens het spel!)

De speler die begint verteld:
"Bert ging naar de dierentuin en..."
 
De volgende speler gaat verder:
"ging daar naar de leeuwen kijken. Wat..."

De volgende speler in de kring gaat verder:
"hij daar zag was een verassing. De..."

Bespreken
  • Heeft het verhaal een logisch begin/midden/eind?
  • Kreeg het verhaal een andere wending?
  • Wat vond je ervan?
*Simpelere variatie:
In plaats van met de hele groep een lang verhaal maken kan je ook steeds drie kinderen een kort verhaal laten maken. Kind 1 bedenkt het begin (in één of slechts enkele zinnen), kind 2 het midden en kind 3 het einde. 
Bij het volgende kind start weer een nieuw verhaal. 
JULLIE FILMVERHAAL
Tip
Maak je verhaal niet te moeilijk, houd het simpel.
  1. Bedenk een karakter waar iets van jezelf in zit (mag ook een dier zijn).
  2. Bedenk een gezamelijke missie
  3. Bedenk een verhaal met een begin, midden en eind
JULLIE FILMVERHAAL

Slide 17 - Slide

Het verhaal
We hebben net geoefend met het maken van een verhaal. Dit gaan we nu ook voor onze eigen films doen. Dit moet een simpel verhaal zijn dat je goed kan verfilmen in een stop-motion animatie, zonder dat je woorden gebruikt! 

De personages van het verhaal lijken op de  hoofdpersonen. Dat kan bijvoorbeeld door een foto van een leerling op het personage te plakken.

Introductie verhaalkader
Ik geef jullie wel een onderwerp mee, elk groepje kan zijn eigen draai eraan geven en een logisch begin-midden-einde bedenken.

Opties (kies er één voor de hele klas!):
1. Er is een hardloopwedstrijd die heel lang duurt.

2. Er is een uitvinder die een uitvinding maakt die explodeert

3. Thema van de school of helemaal vrij laten als de klas dat aankan!

Indelen groepjes
De groep wordt in kleinere groepjes verdeeld van +/- 4-6 leerlingen (afhankelijk van het aantal iPads tot je beschikking!).

Vervolgens gaan de leerlingen samen aan de slag met het invullen van het filmverhaal werkblad waarbij ze voor het filmverhaal het begin-midden-einde gaan bedenken (zie bijlage).


Tip voor de filmdocenten:
Blijf rondlopen om de leerlingen te coachen in een simpel verhaal wat ze kunnen uitbeelden met stop-motion. 

Stel vragen als:
  • Waar is de hardloopwedstrijd?
  • Wie wint er?
  • Struikelt er iemand? 
  • Welke uitvinding is de uitvinder aan het maken? 
  • Hoe komt alles aan het einde weer goed?
  • etc etc
FILMSET
Wat hoort er in deze slide bij de filmset?

Slide 18 - Slide

Filmset

Elk groepje heeft nu een begin, midden en einde voor hun filmverhaal. 

We gaan nu door naar de volgende stap, namelijk nadenken over hoe je film eruit ziet.  

De omgeving waarin je film zich afspeelt heet de set of het decor. Het is de achtergrond van jullie film. In de achtergrond wordt alles verbeeld dat niet hoeft te bewegen. 

Een filmset heeft een achtergrond en heeft losse objecten die ver weg of juist dichtbij op de voorgrond staan, maar wel op een vaste plek.

Vraag: Wat hoort op deze slide bij de achtergrond en wat zijn de losse objecten die onderdeel zijn van het filmverhaal?

Antwoord: de mensen en het vliegtuigje zijn losse onderdelen, onderdeel van het filmverhaal. De rest hoort bij de set. 
Wat hoort er in deze slide bij de filmset?

Slide 19 - Slide

Vraag: Wat hoort op deze slide bij de achtergrond en wat zijn de losse objecten die onderdeel zijn van het filmverhaal?

Antwoord: het meisje en het vliegtuigje zijn de losse objecten horende bij het filmverhaal. De rest hoort bij de set.


JULLIE VERHAAL + OMGEVING
  • Teken je filmset! Wat is er te zien aan het begin, midden en einde!
  • Teken de karakters. 

Slide 20 - Slide

Opdracht: teken je set! 
  • Bedenk met elkaar per scène (begin, midden, eind) hoe de omgeving eruit ziet. 
  • Bedenk wat hoort bij de achtergrond en teken ook wat voor losse objecten er gemaakt moeten worden. 
  • Dit teken je allemaal op een werkblad (zie bijlage), verdeel de taken in het groepje zodat 1-2 leerlingen elk aan een eigen deel (begin-midden of eind) werken. 

VOLGENDE LES
  • Maken van achtergronden
  • Maken van karakters

Slide 21 - Slide

Volgende week
We hebben een start gemaakt met onze eigen stop-motion animatie. We hebben al een verhaal met een begin-midden-einde en een idee over hoe onze film eruit gaat zien.

Volgende week gaan we de sets echt bouwen, spannend! 

Lever nu al je werkbladen in, dan bewaar ik deze voor volgende week zodat je dan  weer weet wat je wilde maken. 
De Emotiebus

Slide 22 - Slide

EXTRA SPEL

De emotiebus
Er staan een aantal stoelen voor de klas. Hier zit jij als chauffeur in. Eén kind stapt in de bus en beeldt een emotie uit, bijv. blij. Iedereen in de bus neemt deze emotie over. Nu stapt er nog een kind in wat bijv. verdrietig is. Iedereen in de bus wordt verdrietig enz. Wanneer de bus vol is en er komt een kind bij, moet degene die er het langst zit uitstappen.


Klokhuis stopmotion:
https://www.hetklokhuis.nl/tv-uitzending/4877/animatiestudio

Slide 23 - Video

Extra film: Freilandeier 10 min 

Bespreek na:
  • Waarom is dit geen tekenfilm (er zijn echte 'dingen' die tot leven komen).
  • Wat kan er bewegen wat in het echt niet kan? (eieren) 
  • Hoe is dat gedaan? (Daarbij maak je een foto van een voorwerp. Vervolgens beweeg je het voorwerp een klein beetje, waarna je opnieuw een foto maakt. Als je al die foto’s snel achter elkaar afspeelt, lijkt het alsof het voorwerp uit zichzelf beweegt!)