H1. Opdrachten + instructie

Opdracht 1 t/m 9 besproken 
Aan het einde van de les weet je waarom de industriële revolutie begon in Engeland en hoe deze verliep. 
Opdrachten maken aan de hand van instructie 
Geschiedenis
Opdracht 10, 11, 13, 14, 15, 16, 17, 18, 19,

zelfstandig maken  22, 23, 24 (havo opdrachten)
Kunnen we antwoord geven op de leervraag van de paragraaf? 
Lezen hoofdstuk 2: De industriële Revolutie in Nederland 
1 / 17
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Opdracht 1 t/m 9 besproken 
Aan het einde van de les weet je waarom de industriële revolutie begon in Engeland en hoe deze verliep. 
Opdrachten maken aan de hand van instructie 
Geschiedenis
Opdracht 10, 11, 13, 14, 15, 16, 17, 18, 19,

zelfstandig maken  22, 23, 24 (havo opdrachten)
Kunnen we antwoord geven op de leervraag van de paragraaf? 
Lezen hoofdstuk 2: De industriële Revolutie in Nederland 

Slide 1 - Slide

Waarom begon de Industriële Revolutie in Engeland en hoe verliep deze? 

Slide 2 - Slide

Agrarische revolutie 
  • 1700:  1/2 landbouwgrond van weilanden en bossen
  • gemeenschappelijke grond

  • 1800: gemeenschappelijke grond kan worden gekocht 

  • Grootgrondbezitters laten hun akkers met machines bewerken ⮕ mechanisering 

Slide 3 - Slide

Agrarische revolutie
  • Grotere oogsten 

  • Nieuwe gewassen

  • Fokken van de beste dieren 

  • Opbrengst landbouw stijgt en er is meer voedsel

Slide 4 - Slide

Demografische revolutie 
  • Meer voedsel ⮕ sterke bevolkingsgroei  

  • Meer aandacht aan medische zorg en hygiëne 

  • Minder mensen gaan dood aan ziektes 

  • Groei van de bevolking ⮕ demografische revolutie 

Slide 5 - Slide

Huisnijverheid 
Opdracht: 10 en 11

Slide 6 - Slide

Huisnijverheid 
  • Boeren houden zich in de winter bezig met het maken van andere producten: manden, potten en textiel 

  • Thuis produceren van goederen ⮕ huisnijverheid  

Slide 7 - Slide

Wevers en spinners
  • Door bevolkingstoename ook grotere vraag naar kleding 

  • Spinnen en weven langdurig werd met de hand gedaan 

Slide 8 - Slide

Wevers en spinners 
  • Om sneller textiel te produceren nieuwe uitvinding: Spinning Jenny 

  • Spinning Jenny produceerde meerdere klosjes draad in één keer, kon nu de weefmachine bijhouden  

Slide 9 - Slide

Opdr. 13, 14, 15, 16

Slide 10 - Slide

Van spierkracht 
naar waterkracht 

  • Waterframe: spinmachine aangedreven door waterkracht 

  • één spinner achter waterframe = 200 vrouwen met een spinnewiel  

  • Maar te groot en te duur.. 
  • Rijke ondernemers bouwen fabrieken

Slide 11 - Slide

Opdr. 13, 14, 15, 16

Slide 12 - Slide

18, 19, 

Slide 13 - Slide

Van waterkracht naar stoomkracht 
  • Steeds meer fabrieken aan de rivieren 

  • Probleem: niet genoeg plek aan de rivier en niet altijd harde stroming 

  • De oplossing: de stoommachine (James Watt)

  • Voordeel van de stoommachine  ⮕ hoeft niet aan het water te staan 

Slide 14 - Slide

Slechte arbeidsomstandigheden 
  • Steeds meer mensen gaan in de fabrieken werken ⮕ huisnijverheid verdwijnt 

  • In Engeland waren meer arbeiders dan banen, daardoor lage lonen en slechte werkomstandigheden

  • Productie in de fabriek ging dag en nacht door  

Slide 15 - Slide

Industriesteden
  • Arbeiders willen zo dicht mogelijk bij de fabriek wonen 

  • Dorpen groeien uit tot steden

  • Urbanisatie ⮕ het wegtrekken van mensen vanuit het platteland naar de stad 

Slide 16 - Slide

Afmaken opdrachten 22 en 23

Slide 17 - Slide