Overhoring woordjes klas 4 periode 3 - 1 t/m 60 + kloktijden

Overhoring woordjes periode 3 - 1 t/m 60 + kloktijden
1 / 11
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Overhoring woordjes periode 3 - 1 t/m 60 + kloktijden

Slide 1 - Slide

Hoe zeg je in het Spaans
"vaak"?

A
nunca
B
a veces
C
a menudo

Slide 2 - Quiz

Wat betekent de zin:
¿"A qué hora te levantas"?
A
Hoe laat ga je naar huis?
B
Hoe laat sta je op?
C
Hoe laat is het?

Slide 3 - Quiz

Wat is: la espalda?

Slide 4 - Open question

El brazo
La cara
Los labios

Slide 5 - Drag question

Hoe vertaal je in het Nederlands TENGO NÁUSEAS?
A
Ik heb griep.
B
Ik heb koorts.
C
Ik heb honger.
D
Ik ben misselijk.

Slide 6 - Quiz

Hoe zeg je in het Spaans 'ik ontbijt'?
A
como
B
almuerzo
C
desayuno
D
ceno

Slide 7 - Quiz

Hoe zeg je dat je naar school gaat in het Spaans?

Slide 8 - Open question

Hoe laat is het?
19:30
A
Son las siete y media
B
Son las ocho y media
C
Es la ocho y media

Slide 9 - Quiz

Hoe laat is het?
13:15
A
Son las una y media
B
Es la una y cuarto
C
Es la una menos cuarto
D
Son las una menos cuarto

Slide 10 - Quiz

Hoe laat is het?
17:55

Slide 11 - Open question