This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
0
Slide 5 - Video
2 extra kleuren
Er zijn 2 kleuren die wij niet kunnen zien. Onze ogen zijn daar niet geschikt voor.
Infrarood: IR (staat boven rood in de regenboog)
Ultra violet: UV (staat onder violet in de regenboog)
Slide 6 - Slide
Uv straling, hier word je bruin van
Slide 7 - Slide
IR straling, warmte straling
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Reflecteren of absorberen
Reflecteren is terugkaatsen.
Absorberen is opnemen en vasthouden.
Slide 10 - Slide
0
Slide 11 - Video
Aan de slag!
Pak je iPad en maak de vragen in Lesson Up.
Ezelsbruggetje: ROGGBIV
Slide 12 - Slide
De zon is een ..
A
Kunstmatige lichtbron
B
Lichtbron
C
Diffuus teruggekaatst
D
Schaduw
Slide 13 - Quiz
Dit plaatje is een voorbeeld van
A
natuurlijke lichtbron
B
Kunstmatige lichtbron
Slide 14 - Quiz
Dit plaatje is een voorbeeld van
A
Natuurlijke lichtbron
B
Kunstmatige lichtbron
Slide 15 - Quiz
Dit plaatje is een voorbeeld van
A
Natuurlijke lichtbron
B
Kunstmatige lichtbron
Slide 16 - Quiz
Een bosbrand is een
A
Kunstmatige indirecte lichtbron
B
Kunstmatige directe lichtbron
C
Natuurlijke indirecte lichtbron
D
Natuurlijke directe lichtbron
Slide 17 - Quiz
De maan is een
A
Directe lichtbron
B
Indirecte lichtbron
C
Kunstmatige lichtbron
D
Natuurlijke lichtbron
Slide 18 - Quiz
Het maanlicht is een
A
Kunstmatige indirecte lichtbron
B
Kunstmatige directe lichtbron
C
Natuurlijke indirecte lichtbron
D
Natuurlijke directe lichtbron
Slide 19 - Quiz
leg uit waarom de maan geen lichtbron is
Slide 20 - Open question
De koplamp van een auto is een
A
Kunstmatige indirecte lichtbron
B
Kunstmatige directe lichtbron
C
Natuurlijke indirecte lichtbron
D
Natuurlijke directe lichtbron
Slide 21 - Quiz
A
Directe lichtbron
B
Indirecte lichtbron
Slide 22 - Quiz
A
Directe lichtbron
B
Indirecte lichtbron
Slide 23 - Quiz
A
Directe lichtbron
B
Indirecte lichtbron
Slide 24 - Quiz
A
Directe lichtbron
B
Indirecte lichtbron
Slide 25 - Quiz
Wat is het verschil tussen een directe lichtbron en een indirecte lichtbron?
Slide 26 - Open question
Wat is onze grootste lichtbron?
Slide 27 - Open question
Hoe heet een band met alle kleuren van de regenboog?
A
Kleurenband
B
Spectrum
C
Regenboog
D
Prisma
Slide 28 - Quiz
Geef de volgorde van de kleuren in een regenboog.
Slide 29 - Open question
Wat is dit???
A
Driehoek
B
Regenboog
C
Prisma
D
Lichtschijf
Slide 30 - Quiz
Welke kleur hoort niet bij de zes kleuren van de regenboog?
A
Rood
B
Groen
C
Paars
D
Violet
Slide 31 - Quiz
Kies de kleuren van de regenboog
A
Rood
B
Roze
C
Bruin
D
Blauw
Slide 32 - Quiz
Is de zin waar of niet waar?
In een zeepbel kun je de kleuren van de regenboog zien.
A
waar
B
niet waar
Slide 33 - Quiz
Lees de volgende twee uitspraken. Uitspraak 1: ‘Zonlicht bestaat uit alle kleuren van de regenboog.’ Uitspraak 2: ‘Licht beweegt langs rechte lijnen.’ Welke uitspraak is juist?
A
Alleen uitspraak 1 is juist.
B
Alleen uitspraak 2 is juist.
C
Uitspraak 1 en 2 zijn allebei juist.
D
Geen van beide uitspraken is juist.
Slide 34 - Quiz
In welk antwoord staan de juiste kleuren van de regenboog en in de juiste volgorde?