Oefentoets H1 + H2

Oefentoets H1 + H2
1 / 15
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Oefentoets H1 + H2

Slide 1 - Slide

Geef twee voorbeelden uit het schilderij waaraan je kunt zien dat het uit de Renaissance komt. (2p)

Slide 2 - Open question

Leg met een onderdeel in de bron uit dat deze tekst past bij het humanisme. (2p)

Slide 3 - Open question

Was, volgens de bron, het uiteenvallen van de kerk een bedoeld of onbedoeld gevolg van de kritiek van de hervormers? Leg je antwoord uit met een bronelement. (2p)

Slide 4 - Open question

Luther uitte zijn kritiekpunten door 95 stellingen op de kerkdeur te spijkeren.
A. Benoem twee voornaamste kritiekpunten van Luther op de katholieke kerk. (2p)
B. Leg uit of Luther een scheiding binnen de katholieke kerk wilde bereiken of dat dit een onbedoeld gevolg was. (2p)
C. Leg uit welke groep mensen wel baat hadden bij een scheiding binnen de katholieke kerk?

Slide 5 - Open question

Stel, je doet onderzoek naar de ideeën van het calvinisme.
Leg met een bronelement uit of de bron daarvoor bruikbaar is. (2p)

Slide 6 - Open question

Noem een verschil en overeenkomst tussen Calvijn en Luther (2p)

Slide 7 - Open question

In Frankrijk en Duitsland ontstonden godsdienstoorlogen.
Noteer wat het resultaat van de godsdienstoorlogen in Frankrijk en Duitsland was voor de protestanten. (2p)

Slide 8 - Open question

Noem twee redenen waarom mensen in de Nederlanden in opstand kwamen tegen de Spaanse Koning. (2p)

Slide 9 - Open question

Over welke gebeurtenis gaat deze bron? Leg je antwoord uit met een bronelement. (2p)

Slide 10 - Open question

Leg met een bronelement uit of de schrijver van de bron het eens was met de beeldenstormers. (2p)

Slide 11 - Open question

Zet de volgende gebeurtenissen in de juiste volgorde:
A. De Nederlandse Opstand breekt uit.
B. De onafhankelijke Republiek der Verenigde Nederlanden wordt opgericht.
C. De noordelijke provincies erkennen Filips II niet meer hun vorst.
D. Filips II volgt Karel V op.
E. In Vlaanderen begint de Beeldenstorm.
F. Spanje en de Republiek sluiten vrede.

Slide 12 - Open question

Stel, je doet onderzoek naar de manier waarop de Spanjaarden met de Azteken omgingen. Een deel van de bron is daarbij wel betrouwbaar, en een deel niet.
- Leg uit welk bronelement je als feit aanneemt.
- Leg uit welk bronelement je niet als feit aanneemt.

Slide 13 - Open question

De Nederlanders probeerden via een noordelijke en een zuidelijke vaarroute Oost-Azië te bereiken. Bij welke route past de bron?
Leg dit uit met twee bronelementen.

Slide 14 - Open question

In de 16e eeuw was de driehoekshandel in volle gang dankzij de kolonies die de Europeanen hadden gevestigd in de ‘Nieuwe Wereld’
A. Leg uit wat er met de Nieuwe Wereld wordt bedoeld (1p)
B. Beschrijf in drie zinnen de driehoekshandel. Noem in je beschrijving de drie gebieden waartussen de handel plaatsvond met telkens een voorbeeld van handelswaar uit dat gebied.(3p)
C. Waarom gebruikten Europeanen slaven vanuit Afrika om te werken op de plantages en niet de indianen? (1p)

Slide 15 - Open question