This lesson contains 47 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 69 min
Items in this lesson
Het Broeikaseffect
Boek, schrift en pen op tafel
Slide 1 - Slide
Vandaag
Nakijken 3.3...
Herhaling tot nu toe
Uitleg broeikaseffect
Slide 2 - Slide
Bruinkool ontstaat uit Steenkool
A
Juist
B
Onjuist, Steenkool ontstaat uit bruinkool
C
Onjuist, ze ontstaan allebei op een andere manier
Slide 3 - Quiz
Wat zijn delfstoffen?
A
Dit zijn stoffen die uit de grond worden gehaald.
B
Die vind ik aan de oppervlakte van land.
C
Die groeien in de natuur.
D
Die drijven op zee.
Slide 4 - Quiz
Waar vind je welke fossiele brandstoffen?
AARDOLIE
AARDGAS
STEENKOOL
Aardgas
Slide 5 - Drag question
Fotosynthese
Vorming fossiele brandstoffen
Verbranding fossiele brandstoffen
CO2 in de atmosfeer
Uitademing dieren en planten
Afbraak organismen
Slide 6 - Drag question
Geef per stelling aan of deze juist of onjuist is.
6goed=2p
45goed=1p
<4goed=0p
Juist
Onjuist
Bij een duurzame ontwikkeling kun je voorzien in eigen behoeften
zonder dat het milieu belast wordt.
Bijna 30 procent van al het waterverbruik op aarde gaat naar het verbouwen van planten en gewassen.
Bij de groei, de productie, het bewaren en het transport van onze voeding wordt weinig energie verbruikt.
Het is moeilijk om producten duurzaam te produceren.
De Nederlandse landbouw wordt duurzamer door o.a. het gebruik van moderne middelen en door strengere milieuregels.
Door monoculturen breken er in de landbouw minder snel ziekten uit.
Slide 7 - Drag question
Maak de juiste combinaties tussen begrip en uitleg.
4 goed = 2p
2-3 goed = 1p
<2 goed = 0p
grondstoffen
bevolkingsprognose
ecologische voetafdruk
duurzame ontwikkeling
de verwachte groei van de bevolking in een bepaald gebied
de ruimte die een persoon nodig heeft om zijn leven te kunnen leiden
voorzien in eigen behoeften zonder dat het milieu belast wordt en zonder dat grondstoffen uitgeput raken
ruw materiaal dat nog bewerkt moet worden tot producten waar je iets aan hebt
Slide 8 - Drag question
Wat zijn natuurlijke hulpbronnen?
A
Uranium
B
Bakstenen
C
Graan
D
Beton
Slide 9 - Quiz
wat is duurzame ontwikkeling?
A
voorzien in eigen behoeften
B
met jezelf de natuur verwoesten
C
dat er weer meer ijs op de ijsbergen ligt
D
dat je vertrekt uit je land
Slide 10 - Quiz
Wat is een voorbeeld van duurzame ontwikkeling?
A
Het aanleggen van nieuwe snelwegen.
B
Het beschermen van natuurgebieden.
C
Het bouwen van een kerncentrale.
D
Het hergebruiken van plastic.
Slide 11 - Quiz
Wat wordt verstaan onder natuurlijke hulpbronnen?
A
Zout, rijst, ijzer, papier
B
Ijzer, zwavel, water uit de kraan
C
Zout, ijzer, olie, hout
D
Water uit de kraan, rijst, zout
Slide 12 - Quiz
recyclen
biologische landbouw
duurzame ontwikkeling
watervoetafdruk
groene stroom
Slide 13 - Drag question
Welke van deze energiebronnen zijn duurzaam, en welke zijn fossiele brandstoffen?
Duurzame energie
Fossiele brandstoffen
Slide 14 - Drag question
Onbewerkt materiaal om iets van te maken of fabriceren.
Grondstof die diep uit de aarde wordt gehaald (bv. steenkool)
Alle bruikbare producten uit de natuur.
Hulpbronnen die we telkens opnieuw kunnen gebruiken zoals zeeën, water, bossen en landbouwgrond.
Grondstoffen die op kunnen raken, omdat er maar een beperkte hoeveelheid van is (bijv. aardolie)
Grondstoffen
Delfstoffen
Natuurlijke hulpbronnen
Hernieuwbare hulpbronnen
Niet-hernieuwbare hulpbronnen
Slide 15 - Drag question
Natuurlijke hulpbronnen bevinden zich ......
A
onder de grond
B
boven de grond
C
onder en boven de grond
Slide 16 - Quiz
Wat zijn delfstoffen?
A
Toiletpapier
B
Plantjes
C
Olie gas ijzer
D
Kolen
Slide 17 - Quiz
Stelling 1: Aardgas ontstaat alleen in combinatie met aardolie. Stelling 2: Aardolie ontstaat uit organische resten van zeeorganismen.
Welke stellingen zijn juist?
A
Stelling 1 en 2 zijn juist
B
Stelling 1 is juist en 2 is niet juist
C
Stelling 1 is niet juist en stelling 2 is juist
D
Stelling 1 en 2 zijn niet juist
Slide 18 - Quiz
Het verbruik van fossiele brandstoffen en klimaatverandering hangen met elkaar samen. Lees de volgende zinnen. Sleep de zinnen in de juiste volgorde van oorzaak (1) en gevolgen (2, 3, 4).
1
2
3
4
De gemiddelde temperatuur op aarde stijgt.
Steenkool wordt gewonnen, getransporteerd en verbruikt.
Gletsjerijs smelt.
Het CO2-gehalte in de atmosfeer stijgt.
Slide 19 - Drag question
niet-hernieuwbare hulpbronnen
hernieuwbare hulpbronnen
uranium
aardgas
zon
wind
katoen
Slide 20 - Drag question
Steenkool ontstaat uit
A
Plankton
B
Houtskool
C
Steen
D
Plantenresten
Slide 21 - Quiz
Wanneer je huis niet energieneutraal is, kun je toch iets doen aan een duurzamere wereld.
Welke stroom is beter voor het milieu?
A
aardgas
B
groene stroom
C
groengas
D
steenkool
Slide 22 - Quiz
Groene stroom =
A
stroom die is opgewekt uit hernieuwbare energiebronnen
B
stroom die is opgewekt uit fossiele energiebronnen.
Slide 23 - Quiz
Wat is geen groene stroom?
A
Zonne-energie
B
Waterkracht
C
Windenergie
D
Aardgas
Slide 24 - Quiz
Wat is de ecologische voetafdruk?
A
Hoeveel water we per persoon verbruiken
B
Hoeveel ruimte we per persoon innemen
C
Hoeveel voedsel we per persoon verbruiken
D
Hoeveel welvaart we per persoon hebben
Slide 25 - Quiz
Lesinhoud
Nakijken 4.3
Het Broeikaseffect
Het Versterkte Broeikaseffect
Gevolgen van het Versterkte Broeikaseffect
Slide 26 - Slide
Lesdoelen
Aan het einde van de les ...
... kun je het broeikaseffect beschrijven.
... ken je de oorzaken van het versterkte broeikaseffect.
... ken je de gevolgen van het versterkte broeikaseffect.
Slide 27 - Slide
Slide 28 - Video
Het Broeikaseffect
De zon schijnt op de aarde
De zonnestralen komen de dampkring binnen
De zonnestralen zorgen voor warmte op aarde
De hitte wordt teruggekaatst in de dampkring
Een deel van deze hitte wordt weer teruggekaatst door broeikasgassen en daardoor blijft de aarde warm
1.
2.
3.
4.
5.
Slide 29 - Slide
Het Versterkte Broeikaseffect
De mens veroorzaakt een versterkt broeikaseffect door extra broeikasgassen uit te stoten.
Deze gassen komen in de dampkring terecht en zorgen ervoor dat er meer warmte wordt vastgehouden.
Het wordt daardoor dus warmer op aarde.
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Slide
Opdooilaag
Permafrost
Methaan
Slide 32 - Slide
MAAR: een sterker positieve terugkoppeling:
Door het smelten van permafrost ontdooit de bodem van veenhoudende gronden in grote delen van o.a. Siberië. In dit veen zit moerasgas = methaan (CH4) opgeslagen. Dit methaan komt vrij in de lucht door het smelten van de permafrost. Als broeikasgas is methaan ongeveer 34 keer zo sterk als CO2, en methaan zorgt voor ongeveer 20% van het broeikaseffect.
Slide 33 - Slide
Fijnstoffen
Fijnstoffen is een groep die bestaad uit allerlei vervuilende deeltjes, zoals stikstofdioxide of zwaveldioxide. Die vervuilende stoffen kunnen overal vandaan komen, zoals autogassen bijvoorbeeld, dat is een grote fijnstof bron.
Slide 34 - Slide
Fijnstof
V. Kobus - 2023
Slide 35 - Slide
'Gat' in de ozon'laag'
Slide 36 - Slide
Ozone laag
Slide 37 - Slide
Gevolgen van het versterkte broeikaseffect
Het wordt warmer op aarde doordat we meer broeikasgassen uitstoten
Woestijnen worden nog droger en warmer
Het ijs op de Noordpool en Zuidpool begint te smelten
Meer orkanen en stormen
Hardere regenbuien
Zeespiegelstijging en dus overstromingen
Sommige dieren, zoals ijsberen, sterven uit door de warmte
Sommige dieren, zoals muggen, houden van de hitte en nemen toe
Slide 38 - Slide
Het Broeikaseffect
"Het broeikaseffect houdt de aarde van nature op temperatuur. Broeikasgassen, vooral waterdamp en kooldioxide, houden de warmte van de zon vast. De zon verwarmt de aarde, de aarde straalt de warmte weer uit."
Dus door de broeikasgassen op aarde wordt de warmte vastgehouden.
Op aarde is het lekker warm terwijl het in de ruimte heel koud is, dit komt door het broeikaseffect.
Slide 39 - Slide
Broeikaseffect
Versterkte broeikaseffect
Het blijft even warm op aarde
Het wordt warmer op aarde
De zeespiegel blijft gelijk
De zeespiegel stijgt en zorgt voor overstromingen
Er blijft genoeg ijs voor de dieren op de polen
Het ijs op de polen smelt en ijsberen en pinguïns sterven uit
Slide 40 - Drag question
Sleep de bronnen van fijnstof naar het fijnstofvakje
Mee doen? Ga op je smartphone naar LessonUp.app
Voer onderstaande code in.
Fijnstof
Slide 41 - Drag question
Zonnestralen worden verwarmd door aardoppervlak
Broeikasgassen in de dampkring
Weerkaatsing van zonnestralen
De aarde geeft warmte af aan de atmosfeer.
Vastgehouden warmte
Slide 42 - Drag question
• De zeespiegel ...........
- door het afsmelten ........................(niet van ..................).
- door het uitzetten van warmer water.
• Het klimaat wordt .....................
- ................: wateroverlast
- ..................: watertekorten.
= opschuiven landbouw- en landschapszones.
• Het vrijkomen van methaan uit permafrost = extra ...................... waardoor de opwarming versnelt.
Natter
Droger
Broeikasgas
Stijgt
Extremer
Zee-ijs
Landijs
Slide 43 - Drag question
Er zijn in totaal 5 broeikasgassen, welke scheikundige notatie hoort bij welk gas?
Koolstofdioxide
Methaan
Ozon
Waterdamp
Stikstofdioxide
CO2
CH4
O3
H2
N20
Slide 44 - Drag question
Broeikaseffect vs. Versterkte Broeikaseffect
Broeikaseffect = goed
Hierdoor blijft de temperatuur op aarde goed en wordt het niet zo koud als in de ruimte
Versterkte broeikaseffect = niet goed
Hierdoor wordt de aarde nog warmer en dit zorgt voor klimaatverandering
Slide 45 - Slide
Dusss
Je kunt nu ...
... het broeikaseffect beschrijven.
... het versterkte broeikaseffect beschrijven.
... gevolgen opnoemen van het versterkte broeikaseffect.
Slide 46 - Slide
Aan de slag
Maak een tekening van het broeikaseffect, zorg dat alle stappen duidelijk zichtbaar worden en ook het versterkt broeikaseffect duidelijk wordt. De volgende les gaan we naar het werk van elkaar kijken.