16.1 Koolstofkringloop en klimaat

H16 Systeem aarde en de mens
1 / 23
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 23 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

H16 Systeem aarde en de mens

Slide 1 - Slide

Deze les:
- Doornemen planner periode 4
- 16.1 Koolstofkringloop en klimaat
- Opdrachten 16.1 maken
- Werken aan onderzoeksopzet practicum Ecologie

Slide 2 - Slide

Voorkennis (blz 270)
a. Welk proces geven de pijlen a weer?
b. Welk proces geeft pijl b weer?
c. Wat is het belang van reducenten (3) in de koolstofkringloop?
d. Welke van de genummerde organismen maakt of maken deel uit van zowel de koolstofkringloop als de stikstofkringloop?

Slide 3 - Slide

16.1 Koolstofkringloop en klimaat

Slide 4 - Slide

Leerdoelen 16.1
Je leert wat het belang is van koolstof voor het leven, welke koolstofstromen er zijn en hoe veranderingen daarin het klimaat beïnvloeden. 

Begrippen:
Fossiele brandstoffen, sinks, kalkgesteenten, biomassa, langzame- en snelle koolstofkringloop, (versterkt) broeikaseffect, methaanbacteriën, nitraat. 

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Koolstof voorraden (Sinks)
Fossiele brandstoffen
Permafrost gebieden
Bodem van de oceaan
Kalkgesteenten

Biomassa

Langzame koolstofkringloop


Snelle koolstofkringloop

Slide 14 - Slide

CO2 en broeikaseffect
Het versneld vrijmaken van CO2 uit de langzame koolstof kringloop verhoogt het CO2 gehalte in de atmosfeer.

Slide 15 - Slide

Effect van CO2 op het klimaat
CO2 is een broeikasgas
Broeikasgassen vormen een deken om de aarde die de stralingswarmte terugkaatst.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Broeikasgassen
  • CO2
  • Methaan
  • Ozon
  • N2O (lachgas)
  • Waterdamp
Hoe groter de hoeveelheid broeikasgassen hoe groter het broeikaseffect -> versterkt broeikaseffect.
Lees blz. 274 + 275

Slide 18 - Slide

Broeikasgassen
Het vermogen van de gassen om bij te dragen aan het broekaseffect wordt uitgedrukt in GWP (Global Warming Potential). 
GWP van CO2 is gesteld op 1, de GWP van methaan is 25, die van ozon is 1000, die van N2O is 265

Slide 19 - Slide

Methaan en broeikaseffect
Methaan (CH4) komt vrij bij de veeteelt (koeien *), landbouw, verbranden fossiele brandstoffen, afvalstortplaatsen (anaerobe afbraak), ontdooien permafrost, moerasgas.

(*) Eén Nederlandse koe stoot gemiddeld ongeveer evenveel methaan uit als de CO2 van een gemiddelde personenauto, die 15.000 km per jaar rijdt.

Slide 20 - Slide

Lachgas en broeikaseffect
Lachgas (N2O) komt vrij door bacteriewerking in de oceanen en door uitspoeling van nitraat.

Slide 21 - Slide

Opdrachten
Maak 16.1 opdr. 1 t/m 7

Slide 22 - Slide

Opdr. 8 t/m 12
Werk één casus naar keuze uit in een 
mini-presentatie (5 min) met een groep van 3

Slide 23 - Slide