6.2 - De Gouden Eeuw van Nederland

1 / 28
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 28 slides, with text slides and 7 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Planning
  • Leerdoelen
  • Kijkvideo en uitleg
  • Bespreken HW
  • Zelfstandig werken/PO bespreken
  • Uitleg
  • Zelfstandig werken/PO bespreken
  •  Examenopgave oefenen
  • Leerdoelen

Slide 4 - Slide

Leerdoelen
  • In deze paragraaf leer je welke staatkundige situatie er was in de Republiek.
  • In deze paragraaf leer je hoe in Nederland een bloeiende economie ontstond.
  • In deze paragraaf leer je hoe de Nederlandse cultuur tot grote bloei kwam.
  • Oefenen we met het antwoorden van opgaven


Slide 5 - Slide

6.2 - de Gouden Eeuw van NL

De bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht van de Nederlandse Republiek. 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

1588 (AT)
  • Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
  • Geen koning (!), geen centraal bestuur
  • Wie dan aan de macht?

Slide 8 - Slide

Staten-Generaal (AT)
Gewesten werken samen in Staten-Generaal

- Besluiten over leger/vloot
- Buitenlandse politiek
- Gebieden overgenomen van Spanje (generaliteitslanden)

Bestuurders noem je regenten

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Regenten (AT)
  • Rijke koopmannen die bestuursmacht kregen (!) 
  • in stedelijke, gewestelijke en plattelandsbesturen
  • Verdeelden de baantjes in een kleine kring van families
  • 16e eeuw: regent en koopman, 17e eeuw: enkel regent

Slide 11 - Slide

Stadhouder (AT)

  • Regent, lijkt op vorst
  • O.a. opperbevelhebber van leger en vloot
  • Meebeslissen over benoeming van nieuwe regenten
  • Benoemd door Staten (was wel erfelijk) (!)
  • 1650-1672 stadhouderloos tijdperk


Slide 12 - Slide

Huiswerk
HH: 1, 2, 3, 4, 10, 11,

VERW: 5a en b, 7, 8, 12, 13, 16 
BRON: 6
VERD: 9, 14, 15

Controlerondje
Wat willen jullie bespreken?







Slide 13 - Slide

Opdrachten ter verwerking
HH: 1, 3, 4, 5, 9, 11, 12, 13
VERW: 1b, 2, 6, 8,
BRON: 14
VERD: 15, 16, 17, 18
Allen: lezen paragraaf en maken VERW.
Zie balkje in LessonUp voor extra uitleg welke opgave je moet maken.

Welk werk ga ik maken?
HH = Ik vond de uitleg moeilijk en kan wel wat extra hulp gebruiken. Herhaling/eenvoudige opdrachten. Met deze opdrachten haal je de kern uit de leertekst. Ook een optie: samenvatting maken.

VERW: Deze opdrachten maakt iedereen. Zo oefen je de belangrijke vaardigheden en inhoud

BRON: Ik vind bronvragen lastig en wil dit extra oefenen. Deze vragen maak je met behulp van het schema

VERD: Geef mij maar wat meer uitdaging! Extra opgaven als je de uitleg makkelijk te volgen vond, geschiedenis leuk vind of uitgedaagd wil worden

Slide 14 - Slide

Val van Antwerpen
(1585)
  • Gevolg: Veel immigranten naar Amsterdam, dus?
  • Veel kennis
  • Ander gevolg: Amsterdam wordt stapelplaats, dus....
  • 1) Groei handel
  • 2) Nijverheid: bouw schepen
  • 3) Landbouw (internationale handel)






Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

De cultuur
  • Rijkdom, bloei schilderkunst
  • Burgers als kopers → Andere kunst
  • Familieportretten, stillevens, zeegezichten en dagelijks leven


Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Tolerantie
  • In wetenschap en geloof
  • Geestelijke vrijheid
  • Drukken boeken

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Staatsgodsdienst
  • Gereformeerd (calvinistisch
  • Geen godsdienstvrijheid, wel gewetensvrijheid
  • Verschillen per stad (synagogen)

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Examenopgave oefenen
Gebruik bron 1. Bartjens sluit met zijn sommen aan op de actuele situatie in de Republiek in de zestiende én de zeventiende eeuw.

(4p) Leg voor beide sommen apart uit welke actualiteit dit is, waarbij je je antwoord voor de eerste som ondersteunt met een kenmerkend aspect uit de zestiende eeuw en voor de tweede som met een kenmerkend aspect uit de zeventiende eeuw (ter info: allebei TV 5)
Bron 1
In 1604 publiceert de schoolmeester Willem Bartjens een rekenmethode, De Cijfferinghe. Hierin staan sommen als:

1: 560 soldaten verdedigen een schans (vestingwerk), en hebben voedsel
voor 7 maanden: ze besluiten samen om als ze belegerd worden de
schans niet binnen 10 maanden over te geven. Vraag: hoeveel mannen
moeten ze laten gaan om met hun voedsel de schans tien maanden te
kunnen verdedigen? (oplossing: 168)

2: 6 timmermannen maken in 186⅔ dagen een schip van 66 lasten
(inhoudsmaat voor schepen). Vraag: als men 10 mannen aanstelt, in
hoeveel dagen kunnen die dat schip maken? (oplossing: 112 dagen) 

Slide 23 - Slide

Opdrachten ter verwerking
HH: 1, 3, 4, 5, 9, 11, 12, 13
VERW: 1b, 2, 6, 8,
BRON: 14
VERD: 15, 16, 17, 18
Allen: lezen paragraaf en maken VERW.
Zie balkje in LessonUp voor extra uitleg welke opgave je moet maken.

Welk werk ga ik maken?
HH = Ik vond de uitleg moeilijk en kan wel wat extra hulp gebruiken. Herhaling/eenvoudige opdrachten. Met deze opdrachten haal je de kern uit de leertekst. Ook een optie: samenvatting maken.

VERW: Deze opdrachten maakt iedereen. Zo oefen je de belangrijke vaardigheden en inhoud

BRON: Ik vind bronvragen lastig en wil dit extra oefenen. Deze vragen maak je met behulp van het schema

VERD: Geef mij maar wat meer uitdaging! Extra opgaven als je de uitleg makkelijk te volgen vond, geschiedenis leuk vind of uitgedaagd wil worden

Slide 24 - Slide

Leg eens in eigen woorden (!) uit..
  • In deze paragraaf leer je welke staatkundige situatie er was in de Republiek.
  • In deze paragraaf leer je hoe in Nederland een bloeiende economie ontstond.
  • In deze paragraaf leer je hoe de Nederlandse cultuur tot grote bloei kwam.
  • Oefenen we met het antwoorden van opgaven

Slide 25 - Slide

Extra filmpjes/informatie hierna
Wat weten jullie al?

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Slide 28 - Video