1.4 Waterkringloop

1.4 De Waterkringloop
1 / 19
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

1.4 De Waterkringloop

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

In de rivier vind je...
A
zoet water
B
zout water
C
brak water

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

Op welke manieren krijgt het water in de rivier meer ruimte?

Slide 3 - Open question

1. Rivieren dieper maken
2. Rivieren breder maken
3. Bouwen van "kribben"
4. Dijken verleggen of versterken
5. Sluizen sluiten/openen
6. Bypass aanleggen
7. Obstakels verwijderen, zoals bruggen of huizen
8. Uiterwaarden aanleggen

Doelen
  • drie fasen noemen waarin water kan voorkomen.
  • de waterkringloop omschrijven (of tekenen).
  • aangeven waar in de kringloop verdamping en condensatie plaatsvinden.
Planning
1. Terugblik
2. Uitleg zoet water
3. Opdracht 1 - 4
4. Uitleg waterkringloop
5. Opdracht 5 - 7

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Water in vaste vorm
Antartica
Gletsjers





Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Water in vloeibare vorm

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Wat voor water is er?
  • Veel water op aarde

  • Zoet water

  • Zout water
> ongeschikt om te drinken


Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Water, waar?
- Grondwater
> stroomt langzaam
> is vernieuwbaar

- Oppervlakte water
> Zeewater
> rivierwater 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Opdracht 1
Gebruik de afbeelding en vul de juiste percentages in. Gebruik hele getallen.

 1. Ongeveer ...%  van al het water op aarde is zoet.

 2. Ongeveer ...% van al het water op aarde is zout

 3. Ongeveer ...% van al het zoete water is grondwater en oppervlaktewater.

 4. Ongeveer ... van al het zoete water is ijs

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Opdracht 2
Gebruik de afbeelding over de verdeling van het water op aarde. Maak de zinnen kloppend:

1. Van al het zoete water op aarde is het grootste deel bevroren/grondwater. 

2. Dat is voor ons moeilijk/makkelijk te bereiken. 

3. Drinkwater maken we van gletsjers/oppervlaktewater en ondiep grondwater. 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Opdracht 3
Leg uit hoe het komt dat mensen maar 1% van al het water gebruiken.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Opdracht 4
We gebruiken zoet water om het land mee te bevloeien. Leg uit wat daarmee wordt bedoelt. 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Waar komt water vandaan?
Waterkringloop
Bestaat uit korte en lange kringloop

Korte kringloop:
1. verdamping zeewater
2. condensatie -> wolken
3. neerslag in zee

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Opdracht 5
Welke woorden horen bij: "oppervlaktewater" 

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Opdracht 6
Gebruik de tekst en de afbeelding van de waterkringloop. 

Zet de zinnen in de juiste volgorde door er nummers voor te zetten. 

De eerste zin is al voorgedaan.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Waar komt water vandaan?
Waterkringloop
Bestaat uit korte en lange kringloop

Lange kringloop:
1. verdamping zeewater
2. condensatie -> wolken
3. neerslag op land
4. Via gletsjers, rivieren, grondwater naar zee.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Opdracht 7
Gebruik de onderstaande woorden om de lange kringloop van water te omschrijven. 

Je mag hier ook een tekening maken.

Rivieren - wolken - grondwater - verdamping - regen - sneeuw.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Volgende les
Uitleg eindopdracht.
Werken aan eindopdracht.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions