TA7 6.2.8 VD en VT

Werkwoorden in de verleden tijd en voltooid deelwoord , deel 1.
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsBasisschoolGroep 8

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Werkwoorden in de verleden tijd en voltooid deelwoord , deel 1.

Slide 1 - Slide

Stappen
1. Lees de zin.
2. Is het een persoonsvorm of voltooid deelwoord?
Voltooid deelwoord?
-Zet de stappen in het schema.
-Maak het woord langer en je hoort de laatste letter.
 Persoonsvorm VT? 
-Zoek het OW.
-Enkelvoud/meervoud?
-Zet de stappen in het schema.

Slide 2 - Slide

Stappen
1. Lees de zin.
2. Zoek het onderwerp.
6. Zet de stappen in het schema en controleer.
3.Is het onderwerp enkelvoud of meervoud?
4. Haal de -en van het werkwoord. 
5. Zit de laatste letter in 'T KOFSCHIP?

Slide 3 - Slide

Zijn jullie er klaar voor?!

Slide 4 - Slide

Wat is de juiste stam (ik vorm) van het werkwoord "zitten".

Slide 5 - Mind map

Wat is de juiste stam (ik vorm) van het werkwoord "zweven".

Slide 6 - Mind map

Wat is de juiste stam (ik vorm) van het werkwoord "leven".

Slide 7 - Mind map

Wat is de juiste stam (ik vorm) van het werkwoord "geloven".

Slide 8 - Mind map

Welke zin(nen) staan in de verleden tijd?
A
Ik eet een lekker ijsje bij Olala.
B
Ik laat een ballon op.
C
De jongen bloosde toen hij het meisje zag.
D
Jij zingt wel erg mooi!

Slide 9 - Quiz

Welke zin(nen) staan in de verleden tijd?
A
Beantwoordden jullie de vraag?
B
Stijn gaat samen met Vigo in het park spelen.
C
De man laat zijn hondje 's avonds uit.
D
Juffrouw Anne loopt hard de trap af.

Slide 10 - Quiz

In welke zin is het voltooid deelwoord foutloos geschreven?
A
Dat heb jij goed verzonen.
B
Marietje heeft in de slagerij geholpen.
C
De kat is in de boom geklimd.
D
Vader heeft de vrachtwagen gelaadt.

Slide 11 - Quiz

vliegen (VT)
Het vliegtuig.............door de lucht.

Slide 12 - Open question

leven (VT)
.......................de prins en prinses nog lang en gelukkig?

Slide 13 - Open question

kijken (VT)
Britte ...............het hele weekend naar films op Netflix.

Slide 14 - Open question

bewaken
De agent heeft het pand goed..............

Slide 15 - Open question

poten
De vrouw heeft nieuwe plantjes............

Slide 16 - Open question

lopen
De kinderen hebben de marathon..........

Slide 17 - Open question

zitten
Wij hebben daar al die tijd...............

Slide 18 - Open question

vinden
Waar heb jij die telefoon....................?

Slide 19 - Open question

bevriezen
De ijsjes zijn nu goed...............

Slide 20 - Open question

GOED GEOEFEND!!!!

Slide 21 - Slide