Bomen

Bomen
1 / 23
next
Slide 1: Slide
WereldoriëntatieBasisschoolGroep 6-8

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Bomen

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Welke soorten bomen ken jij?

Slide 3 - Mind map

Hoe heet de buitenkant van een boom
A
Bast
B
Kernhout
C
Schors

Slide 4 - Quiz

Waaraan kun je zien hoe oud een boom is
A
De buitenkant van de boom
B
De jaarringen in de boom
C
De hoeveelheid bladeren
D
De groot de boom is

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Slide

6

Slide 7 - Video

00:15
Waardoor wordt het leven op aarde mogelijk gemaakt?
A
De bladgroenkorrels
B
De huidmondjes
C
Fotosynthese
D
De huizen

Slide 8 - Quiz

00:21
Wat komt er binnen uit de grond?

Slide 9 - Open question

00:28
Waarmee zijn de bladeren van een boom of plant bedekt en haalt koolstofdioxide binnen?
A
De fotosynthese
B
De huidmondjes
C
De bladgroenkorrels

Slide 10 - Quiz

00:49
Wat doen de bladgroenkorrels?




Op de afbeelding zie je bladgroenkorrels.
A
Ze maken de bladeren groen
B
Ze vangen het zonlicht op
C
Ze halen water uit de grond
D
Ze doen niet zo veel

Slide 11 - Quiz

00:58
Waar worden water en koolstofdioxide in omgezet?

Slide 12 - Open question

01:07
Wat doet een deel van de zuurstof?

Slide 13 - Open question

Bladgroenkorrels nemen zonlicht op 
Wortels halen water uit de grond
De plant ademt via de huidmondjes koolstofdioxide in. 

Slide 14 - Drag question

Welke 3 dingen heeft een boom nodig om suiker(glucose) en zuurstof te maken?

Slide 15 - Open question

Hoe wordt het maken van suiker en zuurstof genoemd?
A
Fotosynthese
B
Huidmondjes
C
Bladgroenkorrels

Slide 16 - Quiz

Tekst
Wortels
Stam
Bast
Bladeren
Tak
Kruin

Slide 17 - Drag question

Slide 18 - Slide

Hoe heten de vruchten van een eikenboom?
A
Eikelen
B
Eikels
C
Beukennootjes
D
Hazelnoot

Slide 19 - Quiz

Wat is een kenmerk van de berk?
A
Ze hebben een witte bast
B
Ze worden heel erg groot
C
Ze blijven heel erg klein
D
Ze houden erg van water

Slide 20 - Quiz

Wat is een kenmerk van de wilg?
A
Ze worden heel erg oud
B
Ze hebben hele grote bladeren
C
Je kunt de takken gebruiken om manden te vlechten
D
Ze houden erg van water

Slide 21 - Quiz

Waaraan kun je een plataan herkennen?
A
Aan zijn schors, die is rood gevlekt
B
Aan zijn schors, die heeft een legerprint
C
Zijn hele kleine bladeren
D
zijn hele grote bladeren

Slide 22 - Quiz

Verder met de opdracht!

Slide 23 - Slide