Invalshoeken Hofcultuur

Examenblad.nl
Syllabus kunst (algemeen) VWO 2024
1 / 10
next
Slide 1: Slide
KunstMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 10 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Examenblad.nl
Syllabus kunst (algemeen) VWO 2024

Slide 1 - Slide

Accenten binnen het onderwerp:
- renaissancehoven in de zestiende eeuw in Europa (bijvoorbeeld          
   Florence, Rome, München,Londen); hoven van (absolute) vorsten in
   de zeventiende eeuw;
- (stads)paleizen, villa's, tuinen; Versailles: inrichting en functie van  
   paleis en tuinen (Lodewijk XIV);
- ontwikkeling in tragedie en komedie (inspiratie klassieken en
   eigentijdse ontwikkelingen);
- hofdans en hofballet (ballet de cour);
- ontstaan van opera, ontwikkeling van de instrumentale muziek,
  ontwikkelingen binnen de kerkmuziek.

Slide 2 - Slide

Invalshoeken Hofcultuur

Slide 3 - Slide

INVALSHOEKEN
- Kunst en religie, levensbeschouwing
- Kunst en Esthetica
- Kunst en vermaak
- Kunst, wetenschap en techniek
- Kunst intercultureel

Slide 4 - Slide

Kunst en religie, levensbeschouwing
– Verbinding christelijke heilsgeschiedenis, klassieke geschiedenis
   en mythologie.
– Kunst als propaganda van/voor vorsten via allegorische
   voorstellingen (bijvoorbeeld Catharina de Medici, Lodewijk XIV).
– Humanisme: studie van klassieke teksten, levenshouding gericht
   op het wereldlijke en het individu.
– Reformatie en contrareformatie.

Slide 5 - Slide

Kunst en esthetica
– Klassieke theorieën over schoonheid (Plato, Aristoteles): schoonheid als eenheid  
   van delen, maat, verhouding, symmetrie, orde.
– Uomo universale als beschavingsideaal.
– Invloed van contrareformatie op de kunsten.
– Maakbare en beheersbare natuur (bijvoorbeeld tuinen).
– Originaliteit: inventio en aemulatio (bijvoorbeeld 'David' van Michelangelo).
– Retorica en affectenleer.
– Ontwikkelingen binnen theater: aristotelische principes in de tragedie
   (bijvoorbeeld Jean Racine) en Engeland (bijvoorbeeld William Shakespeare).
– Lichaamshouding en dans als uiting van beschaving (bijvoorbeeld Baldassare
   Castiglione: 'Boek van de hoveling').
– Hofballetten en opera's als poging om het Griekse totaaltheater te reconstrueren.
– Ontwikkelingen in de muziek: prima pratica (polyfonie en homofonie) en seconda
   pratica (Claudio Monteverdi): opera, monodie.

Slide 6 - Slide

Kunstenaar en opdrachtgever; politieke en economische macht
– Organisatie samenleving en bestuur: onafhankelijke stadsstaten in de zestiende
   eeuw in Italië; (absolute) monarchieën in de zeventiende eeuw (bijvoorbeeld
   Frankrijk): centrale bestuursmacht van de vorst betekent ook economische macht.
– Mythologie als allegorische verwijzing naar politiek en status vorst.
– Status van de kunstenaar: van ambachtsman naar kunstenaar (artes liberales),
   opkomst hofkunstenaar (musici, dansmeesters, toneelschrijvers, architecten,
   schilders) en 'vrije' ondernemer; academies.
– Positie van vrouwelijke kunstenaars: veelal afhankelijk van afkomst/familie
   (bijvoorbeeld Artemisia Gentileschi).
– Opdrachtgevers: hof, kerk, adel, vermogende burgers; patronage/mecenaat.
– Encyclopedische verzamelingen van vorsten en wetenschappers.

Slide 7 - Slide

Kunst en vermaak
– Mythologische verhalen als bron van vermaak (bijvoorbeeld
   Metamorphosen, Ovidius).
– Monodie; ontwikkeling instrumentale muziek vanuit de
   begeleiding van de dans (danssuite).
– Villa's als 'lustoorden' en vermaaksfuncties van tuinen.
– Theaterspektakel (intermezzi), Italiaanse en Franse opera.
– Hofdans (gezelschapsdans) en hofballet (theatrale dans).
– Commedia dell'arte: stereotypering en improvisatie.

Slide 8 - Slide

Kunst, wetenschap en techniek
– Toepassing van wetenschappelijke ontdekkingen in de kunsten:
   bijvoorbeeld optica, perspectief, anatomie, landmeten,
   cartografie, mechanica.
– Ontwikkeling van muziekinstrumenten (bijvoorbeeld
   uitbreiding van de strijkinstrumenten).
– Empirisch onderzoek van werkelijkheid (Leonardo da Vinci),
   samenhangend wereldbeeld.
– Tractaten in alle kunsten, naar voorbeeld van Vitruvius (opbouw:
   theoretisch en praktisch deel)

Slide 9 - Slide

Kunst intercultureel
– Ontdekkingsreizen en nieuwe zeeroutes, contacten met andere
   culturen (bijvoorbeeld Ottomaanse Rijk, Nieuwe Wereld, China).
– Invloed van het Midden-Oosten op de hernieuwde
   belangstelling voor de klassieke cultuur en op de ontwikkeling
   van de wetenschappen (bijvoorbeeld lijnperspectief, cartografie).

Slide 10 - Slide