les 1: zoet water op de wereld (3.1)

Deze les
- je leert dat er veel water op aarde is, maar dat er maar een klein gedeelte bruikbaar is voor de mens.
toetsinzage
+
9, 11, 16 klassikaal
plenda tot einde schooljaar invullen
start 3.1
1 / 22
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Deze les
- je leert dat er veel water op aarde is, maar dat er maar een klein gedeelte bruikbaar is voor de mens.
toetsinzage
+
9, 11, 16 klassikaal
plenda tot einde schooljaar invullen
start 3.1

Slide 1 - Slide

vraag 9
   Bekijk figuur 4.
9* (3p) Geef aan:
- Welk type dal er te zien is
- Waardoor dit dal ontstaan is

Slide 2 - Slide

vraag 9
   Bekijk figuur 4.
9* (3p) Geef aan:
- Welk type dal er te zien is
- Waardoor dit dal ontstaan is

- U-dal
- ontstaan door erosie door landijs/een gletsjer

Slide 3 - Slide

vraag 11
 In kustgebieden met aanslibbingskusten vindt je heel veel zand. Toch ligt het zandsteen hier niet voor het oprapen.
11 (2p) Leg uit waardoor je zandsteen niet bij aanslibbingskusten vindt.

Vraag jezelf af hoe zandsteen (= een sedimentgesteente) ontstaat.
2 puntsvraag, dus in 2 zinnen uitleggen.

Slide 4 - Slide

vraag 11
 In kustgebieden met aanslibbingskusten vindt je heel veel zand. Toch ligt het zandsteen hier niet voor het oprapen.
11 (2p) Leg uit waardoor je zandsteen niet bij aanslibbingskusten vindt.

- Bij aanslibbingskusten is de laag zand niet dik/zwaar genoeg
- Waardoor de zandkorrels niet aan elkaar vast komen te zitten


Slide 5 - Slide

vraag 16

Net buiten Ede ligt een gebied dat erg lijkt op een woestijn, 
dit gebied heet het Wekeromse Zand. 
Waar Ede ligt zie je in figuur 6.


Voordat in de Middeleeuwen boeren uit de omgeving
 aan landbouw gingen doen bestond het Wekeromse Zand uit heidegrond. Schapen hebben in de Middeleeuwen hebben de heidegrond het gebied echter kaal gegeten.

16 (2p) Leg in twee stappen uit waarom de boeren de schapen nodig hadden.

Slide 6 - Slide

vraag 16
Net buiten Ede ligt een gebied dat erg lijkt op een woestijn, 
dit gebied heet het Wekeromse Zand. 
Waar Ede ligt zie je in figuur 6.

Voordat in de Middeleeuwen boeren uit de omgeving
 aan landbouw gingen doen bestond het Wekeromse Zand uit heidegrond. Schapen hebben in de Middeleeuwen hebben de heidegrond het gebied echter kaal gegeten.

16 (2p) Leg in twee stappen uit waarom de boeren de schapen nodig hadden.
- De grond is hier (van nature) onvruchtbaar (doordat water goed in het zand kan infiltreren en hierdoor de voedingsstoffen diep de grond in zakken).
- Waardoor boeren de schapen nodig hadden voor hun mest.

Slide 7 - Slide

Plenda
Schrijf alle weektaken in de Plenda.

Begin daarna met de weektaak van 3.1.

Slide 8 - Slide

Zoet en zout water op de wereld
Je leert...
- Waarom veel water ongeschikt of onbereikbaar is voor de mens.
- Hoe water over de wereld beweegt.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Waardoor is er watertekort op aarde?

Slide 11 - Mind map

1,4 miljard kubieke kilometer water totaal op aarde.
35.000.000  kubieke kilometer water is zoet.
???
km3 in liters
1km3 water is 1.000.000.000.000 liter (1000 miljard liter water)

Slide 12 - Slide

1,4 miljard kubieke kilometer water totaal op aarde.
35.000.000 kubieke kilometer water is zoet.

Slide 13 - Slide

(2,5%=) 35.000.000 kubieke kilometer water is zoet.
350.000 km3 zoet water is toegankelijk.
???

Slide 14 - Slide

(2,5%=) 35 000 miljoen liter zoet water.
350.000 km3 zoet water is toegankelijk.

Slide 15 - Slide

350.000 km3 is weer verdeeld in...
18 miljoen Liter
13 miljoen Liter
3 miljoen Liter

Slide 16 - Slide

verdampen
De zon schijnt op het zeewater, het water wordt warmer en gaat verdampen. 
Dat betekent dat vloeibaar water verandert in waterdamp (gasvorm, niet zichtbaar).
Ook op het land kan verdamping plaatsvinden. Planten en bomen zorgen ook dat vloeibaar water verandert in waterdamp.

condensatie en neerslag
Waterdamp worden weer waterdruppels (te zien als wolken).
Als de wolken dik en grijs zijn regenen ze uit. Het water valt weer in de zee.
condensatie en neerslag
Waterdamp worden weer waterdruppels (te zien als wolken).
In de bergen is het koud. Het water valt als sneeuw in de bergen. Hier kan het lang blijven liggen.
grondwaterstromingen
Water dat bijvoorbeeld als regen gevallen is zakt in de bodem. Daar ligt het niet stil op zijn plek, het stroomt naar lager gelegen gebieden. Ook richting zee.
afstroming door rivieren
Water dat bijvoorbeeld als regen gevallen is in de rivier terecht gekomen. Via de rivieren stroomt het weer richting zee.

Slide 17 - Slide

Veel van het water op aarde kunnen
we niet gebruiken. Waarom niet?

Slide 18 - Mind map

Waar of niet waar?
De totale hoeveelheid water op Aarde blijft gelijk.
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quiz

Geef de 3 belangrijkste onderdelen van de korte waterkringloop.

Slide 20 - Open question

Geef 2 voorbeelden uit de lange waterkringloop die niet voorkomen in de korte waterkringloop.

Slide 21 - Open question

Zoet en zout water op de wereld
Je leert...
waarom veel water ongeschikt of onbereikbaar is voor de mens (als drinkwater).
... te zout                            ...te diep             ... in de ijskappen

Hoe water over de aardbol beweegt
Verdamping -> condensatie -> neerslag als sneeuw -> ligt op de berg als ijskap -> rivieren/grondwater richting zee

Slide 22 - Slide