onderwerp-pv-werkw gez.

• Nederlands
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 5

Spelling en grammatica

Terugblik

Wat weten we nog?

- Onderwerp

- Persoonsvorm

- voltooid deelwoord

Als je een vraagzin maakt, dan komt de persoonsvorm vooraan.

1. Waar
2. Niet waar
3. Weet ik niet
4. Wat is een vraagzin?

De persoonsvorm is een werkwoord

1. klopt
2. klopt niet

De persoonsvorm is het belangrijkste .... in de zin

1. werkwoord
2. onderwerp
3. bijwoord
4. voltooide tijd

De ijsbeer heeft in de sneeuw gerold.

Wat is de persoonsvorm?

1. De ijsbeer
2. heeft
3. in de sneeuw
4. gerold

Verwaarloosde de man zijn hond expres?

Wat is de persoonsvorm?

1. Verwaarloosde
2. de man
3. zijn hond
4. expres

Het onderwerp kan je vinden door:

wie of wat doet iets in de zin?

1. Waar
2. Niet waar
3. Huh?
4. Wat?

Het meisje geeft haar hond een koekje.

Wat is het onderwerp?

1. Het meisje
2. geeft
3. haar hond
4. een koekje

Op de markt in het dorp verkopen de boeren hun zelfgemaakte kaas.

Wat is het onderwerp?

1. Op de markt in het dorp
2. verkopen
3. de boeren
4. hun zelfgemaakte kaas

Voltooid deelwoord:

Ik ben geweest.

Jij hebt gekocht.

Wij zijn verdeeld.

De koekjes zijn verpakt.

-de of -te ?

'T SeXy FoKSCHaaP

TaXiKoFSCHiP

Verdelen - verdeel   - verdeelde

Misten - mist - gemist

Pakken - pak- gepakt

Voltooid deelwoord

rennen - ik heb.........

kopen - ik heb...........

voetballen - ik heb..............

kraken - ik heb...........

zoenen - ik heb..........

 Ezelsbruggetje:        TaXiKoFSCHiP       of     'T SeXyFoKSCHaaP

Waarvoor kun je
TaXiKoFSCHiP of 'T SeXyFoKSCHaaP
gebruiken?

1. het onderwerp vinden
2. de persoonsvorm vinden
3. het voltooid deelwoord goed schrijven
4. weet ik niet

Zit de letter in:

TaXiKoFSCHiP of 'T SeXyFoKSCHaaP

dan komt er bij voltooide tijd een .............. achter:

1. - t
2. - d
3. - dt
4. - en

Voltooide tijd van: ruiken

1. Ik heb geruikt
2. Ik heb geruikd
3. Ik heb geroken
4. Ik heb geruiken

Voltooide tijd van: fokken

1. ik heb gefokd
2. ik heb gefokt
3. ik weet het niet

Voltooide tijd van: kweken

1. ik heb gekweekt
2. ik heb gekweekd
3. ik weet het niet

Voltooide tijd van:

verwaarlozen

1. ik heb verwaarloosd
2. ik heb verwaarloost
3. ik weet het niet

Oefenvragen met werkwoordelijk gezegde

Het werkwoordelijk gezegde bestaat uit alle werkwoorden in een zin. Het omvat de persoonsvorm en eventuele andere werkwoorden. Het werkwoordelijk gezegde geeft aan wat iemand doet of wat er gebeurt in de zin.

Het nieuwe dierenasiel is heel mooi geworden.

Bart is op tijd vertrokken naar de bloemenveiling.

Mijn ouders hebben dit weekend in de tuin gewerkt.

De aap kan door Stichting Aap worden opgevangen.

Mijn vriendin vindt het circus zielig voor dieren.

Francien wil werken in het tuincentrum.

Ceylan wil werken bij een dierenarts.

Megan heeft gisteren de stallen schoongemaakt.

Mijn broer kan heel goed met honden omgaan.

Ik wil voor mijn verjaardag een feestje op de manege geven.

Onderwerp

Persoonsvorm

Werkwoordelijk

gezegde

Wij 

hebben

een mooie boswandeling

gemaakt

Onderwerp

Persoonsvorm

Werkwoordelijk

gezegde

Mijn vriend

een film over de Noordpool

gezien.

heeft

gisteren

Onderwerp

Persoonsvorm

Werkwoordelijk

gezegde

Patrick

morgen

beginnen

gaat

aan een wandeltocht van 200 kilometer.

Onderwerp

Persoonsvorm

Werkwoordelijk

gezegde

Ik

ben

net

gegaan.

naar de manege

Onderwerp

Persoonsvorm

Werkwoordelijk

gezegde

Wij 

hebben

een mooie boswandeling

gemaakt

Onderwerp

Persoonsvorm

Werkwoordelijk

gezegde

In de tuin van mijn buren 

groeit

een zeldzame plant.

Einde les!

Wil je extra oefenen, vraag dan om oefenwerk.