V3 GERUNDIO

Escribe una frase con el verbo gustar (enkelvoud)
1 / 18
next
Slide 1: Open question
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Escribe una frase con el verbo gustar (enkelvoud)

Slide 1 - Open question

Escribe una frase con el verbo gustar (meervoud)

Slide 2 - Open question

Escribe una frase con el verbo gustar (met een werkwoord)

Slide 3 - Open question

Hoe vervoeg je de gerundio in het Spaans (vertaal Ik ben aan het praten)

Slide 4 - Open question

Hoe vervoeg je de gerundio in het Spaans (vertaal Ik ben aan eten.)

Slide 5 - Open question

¡Bienvenidos a tu clase de español!
Hoy es miércoles 20 de septiembre de 2023

Slide 6 - Slide

¿Aún sabes cómo usar el gerundio?
Hoe gebruikte je de 'Gerundio'?
Met deze regel kun je vertellen over acties /gebeurtenissen die in ontwikkeling zijn'.
 
In het Engels heet de Gerundio, 'present continuous'.  Bijv: I am eating -> Ik ben aan het eten.

In het Spaans maak je de Gerundio als volgt
Bij werkwoorden die op –AR eindigen, vervang je –ar door -ANDO.
Trabajar ( werken) =  'Estoy trabajando' (ik ben aan het werken)
Bij werkwoorden op –IR en –ER, vervang je –ir en –er door –IENDO.
Comer ( eten) = Estás comiendo ( jij bent aan het eten)
Vivir ( leven) = Estamos viviendo (wij 'zijn aan het wonen')

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

¿Todavía sabes cómo usar el gerundio?

Wat is de Gerundio ook alweer?

Wanneer gebruikte je dit?

Welk hulpwerkwoord had je hiervoor nodig? 



Weet je nog hoe je de 'Gerundio' gebruikt?

Slide 9 - Slide

Haz una frase
con gerundio ; 4 palabras
( maak een zin met de gerundio, 4 woorden)

Slide 10 - Mind map

Vertaal de volgende 3 zinnen in het Spaans.
Gebruik de gerundio
1 We zijn gitaar aan het spelen
2 Isabel is de krant aan het lezen
3 Papa en mama zijn aan het slapen... (o<u)

Slide 11 - Open question

KUN JE DEZELFDE WERKWOORDEN IN DE GERUNDIO ZETTEN?
1 hacer ( yo) 5 decir (ella)
2 comer ( nosotros) 6 ver (tú)
3 quedar (él) 7 ganar (ellos)
4 llegar (vosotras) 8 afeitarse (yo)

Slide 12 - Open question

¡Bienvenidos a tu clase de español!
20
Hoy es
¿ Qué estás ..... (comer)?

Slide 13 - Slide

Hoe maakte je de Gerundio ook al weer?
De 'Gerundio' gebruik je om te zeggen wat je op het moment zelf aan het doen bent.

Daarvoor heb je het werkwoord Estar nodig en het werkwoord dat de actie doet:

"Estoy hablando" ; Ik ben aan het praten,
"Estáis comiendo"; Jullie zijn aan het eten,
"Están durmiendo"; Zij zijn aan het slapen.



Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

KUN JE DEZELFDE WERKWOORDEN IN DE GERUNDIO ZETTEN?
1 hacer ( yo) 5 decir (ella)
2 comer ( nosotros) 6 ver (tú)
3 quedar (él) 7 ganar (ellos)
4 llegar (vosotras) 8 afeitarse (yo)

Slide 18 - Open question