§3.1 De kracht van gletsjers

§3.1 De kracht van gletsjers
1 / 14
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

§3.1 De kracht van gletsjers

Slide 1 - Slide

Planning
  - Leerdoelen
  - Wat weet je al?
  - Uitleg, inclusief video
  - Huiswerk maken

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
- Je kunt uitleggen waar gletsjers ontstaan.
- Je kunt uitleggen hoe gletsjerijs ontstaat en beweegt.
- Je kunt aan de hand van een afbeelding de opbouw van een gletsjer beschrijven.
- Je kunt uitleggen hoe een gletsjer sediment meeneemt en ergens anders neerlegt.
- Je kunt de erosie door een gletsjer beschrijven en een U-dal op een afbeelding herkennen.
- Je kunt beschrijven hoe warme en koude perioden zich in de geologische tijd afwisselen.
- Je kunt aan de hand van een afbeelding beschrijven hoe een berglandschap kan veranderen door gletsjers.

Slide 3 - Slide

Gletsjers

Slide 4 - Mind map

Gletsjer
"Een gletsjer is een ijsmassa die heel langzaam van de bergtoppen naar het dal stroomt. Het ijs heeft zoveel kracht dat het het dal uitschuurt."

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Hoe werkt een gletsjer?
  • Een gletsjer ontstaat hoog in de bergen. Bijv. in de Alpen.

  •  Op de hoogste toppen blijft de sneeuw het hele jaar liggen > eeuwige sneeuw.

  • Door de sneeuwval ontstaat er een dikke laag ijs. Door de dikke laag ijs schuift de gletsjer naar beneden.

Slide 7 - Slide

Hoe werkt een gletsjer?
  • Algemene regel: Hoe hoger je in de atmosfeer komt, hoe kouder het wordt.

  • In het dal smelt een gletsjer.


Slide 8 - Slide

Erosie door gletsjers
  • Door het gewicht schuift een gletsjer naar beneden. Hij neemt sediment mee (rotsblokken, klei, zand).

  • De rotsblokken worden door het gewicht van de gletsjer verpulverd tot grind en klei.

  • De gletsjer schuurt tegen de steile bergwanden aan, er ontstaat een U-dal.

  • Het schuren van het landschap door ijs, maar ook door water of wind, noem je erosie.

Slide 9 - Slide

Sedimentatie door gletsjers
  • Een gletsjer neemt sediment mee. Als de gletsjer smelt blijft er puin achter (rotsblokken, zand, grind en klei). Dit noem je gletsjerpuin of morene.

  • In het algemeen noem je materiaal dat 
meegenomen wordt door ijs (en water of wind) 
sediment

  • Het neerleggen van dit sediment door ijs 
(en water of wind) noem je sedimentatie.

Slide 10 - Slide

Belangrijkste onderdelen van een gletsjer

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

De toekomst van een gletsjer
  • Als het lange tijd heel koud is, tijdens een ijstijd, ontstaan er in berggebieden grote gletsjers. Bijv. in de Alpen.

  • Koude periode > valt veel sneeuw. Bij een warme periode smelt de gletsjer > U-dal blijft over.


Slide 13 - Slide

IJstijden
De laatste 3 miljoen jaar was het af en toe koud en af en toe warmer op aarde.

Door klimaatverandering worden de gletsjers elk jaar kleiner, doordat er steeds meer ijs afsmelt en er hoog in de bergen niet voldoende sneeuw blijft liggen.

Slide 14 - Slide