In de volgende gevallen gebruik je geen hoofdletter:1. Bij algemene aanduidingen voor plaatsen en bedrijven: een plein, een postkantoor
2. Bij soortnamen van dieren: een papegaai
3. Bij benamingen van godsdienstige, maatschappelijke of artistieke stromingen en hun aanhangers: christendom, marxisme, kubisme, moslim
4. Bij samenstellingen die geen feestdag aanduiden: kerst, moederdagaanbieding, suikerfeestcadeaus.
4. Bij functienamen: docent, directeur, verpleegkundige
5. Bij dagen van de week en maanden van het jaar: maandag, september