Zakelijk telefoneren

Even een kort Quizje
1 / 40
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnPraktijkonderwijs

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Even een kort Quizje

Slide 1 - Slide

Wat is een externe klant
A
Iemand die in mijn bedrijf werkt
B
Iemand die buiten jouw bedrijf werkt
C
Iemand die nergens werkt
D
Geen van allen

Slide 2 - Quiz

Wat is een gegronde klacht?
A
Een matras van 26 jaar oud terugbrengen
B
Koekjes terugbrengen die je niet lekker vindt
C
Een telefoon die na 2 maanden niet oplaadt
D
Een verkleurde jas van 1 jaar terugbrengen

Slide 3 - Quiz

Wat is een voorbeeld van een interne klant binnen een school
A
De leerling in de schoolkantine
B
De bezorger van de AH
C
De bloemist
D
De postbezorger

Slide 4 - Quiz

Wat is een interne klant binnen een kantoor?
A
De postbezorger
B
De schoonmaakploeg
C
Glazenwasser
D
De directeur

Slide 5 - Quiz

Wat is niet klantgerichtheid?
A
Netjes u zeggen
B
Iemand uitschelden
C
Iemand aankijken
D
Iemand uit laten praten

Slide 6 - Quiz

ZAKELIJK TELEFONEREN

Slide 7 - Slide

Wat weet je al over het voeren van een zakelijk telefoongesprek?

Slide 8 - Open question

Formeel/informeel
wat is het verschil?
Bel een vriend of hij as zaterdag zin heeft om te komen barbecuen.
Of 
Een vergaderruimte voor je directie reserveren binnen het kantoor.

Slide 9 - Slide

Wat is een goede begroeting aan de telefoon bij een formeel gesprek?

Slide 10 - Open question

Begroeten
De juiste begroeting hangt af van het tijdstip.
- Goedemorgen. ( ’s ochtends tot 12 uur)
- Goedemiddag. ( 12 uur tot 18 uur)
- Goedenavond. ( vanaf 18 uur)

Slide 11 - Slide

Voorstellen
Bij het voorstellen begin je met het noemen van de bedrijfsnaam, daarna zeg jij je eigen naam.
Goedemorgen, Rijn IJsssel, u spreekt met Ellen Pluimers

Slide 12 - Slide

Aanspreken
  • Je noteert de naam van de klant
  • Je noemt de klant bij de naam, dan voelt de klant zich gehoord.
  • Je biedt meteen hulp aan
  • Wat kan ik voor u doen, mevrouw Jansen?

Slide 13 - Slide

Andere mogelijkheden
  • Waarmee kan ik u van dienst zijn?
  • Wat kan ik voor u betekenen?
  • Waarmee kan ik u helpen?

Slide 14 - Slide

Dienstverlenen
 De klant belt met een vraag/ klacht/opmerking. Of de klant heeft al eerder contact gehad en wil graag een collega spreken. De klant wordt geholpen. Dat kan op de volgende manieren:
  • Je geeft zelf antwoord.
  • De klant belt voor een collega die er is, of de klant stelt een vraag die jij niet kunt beantwoorden: Je verbindt door naar een collega.
  • De klant belt voor een collega die er niet is: Je maakt een telefoonnotitie.

Slide 15 - Slide

Samenvatten
  •  aan het eind van het gesprek kort herhalen van de gemaakte afspraken.
  • Dit om misverstanden te voorkomen
  • en ervoor te zorgen dat iedereen weet wat er van hem of haar wordt verwacht.

Slide 16 - Slide

Afsluiten
  • Kan ik u nog ergens mee van dienst zijn?
  • Kan ik u nog ergens ander mee helpen?
  • Klant geen vragen meer?
  •  Graag gedaan. Dan wens ik u nog een fijne dag.

Slide 17 - Slide

Les 6
omgaan met klanten
Telefoneren

Slide 18 - Slide

Terugblik
Beantwoord de volgende vragen:
- Wat is een goede manier om de telefoon op te nemen?
- Welke manier kun je afsluiten?
- Wat zijn belangrijke dingen tijdens het telefoongesprek?

Vergelijk deze met je buurvrouw/ buurman en lever in

Slide 19 - Slide

Een glimlach hoor je
Kun jij iets vriendelijks zeggen, zonder te glimlachen?

Slide 20 - Slide

Nederlands telefoonalfabet
Wie weet wat het telefoonalfabet is?

Om de beurt ga je je naam spellen aan de hand van het telefoonalfabet.

Slide 21 - Slide

Wat moet er in een Telefoonnotitie staan?

Slide 22 - Open question

Telefoonnotitie
    1. Noteer gelijk de naam van de klant en de medewerker voor wie de klant belt.
  2.  Stuur de medewerker een e-mail met daarin:
    naam van de klant
    tijdstip van bellen
    boodschap

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Opdracht 7 
Maak op blz 26 zelf een telefoonnotitie. 

Slide 25 - Slide

Oefening telefoonnotitie
  • Luister naar fragment telefoonnotitie 2 - 4 en 6
  • Maak notitie volgens format
  • Oefening 8, 9, 10, 12 blz 26-27

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Link

Slide 28 - Link

Slide 29 - Link

Slide 30 - Link

Zelf oefenen
Je gaat met je rug naar de ander zitten. 
Je spreekt van te voren af wie gaat bellen en wie de telefoon opneemt. 
Je maakt gebruik van de situaties opdracht 13 en 14.

Slide 31 - Slide

Terugkoppeling
Wat vond je van de oefening?
Wat vond je van je eigen vaardigheden?
Wat doe je goed? Wat kan nog iets beter?

Slide 32 - Slide

Einde 

Slide 33 - Slide

Inkomend telefoongesprek
Begroeten
Voorstellen
Aanspreken
Dienst verlenen
Samenvatten
Afsluiten

Slide 34 - Slide

Zelf bellen (uitgaand gesprek)
•    Fase 1: contact leggen (openingszin)
•    Fase 2: informeren
In enkele korte zinnen (duidelijk en concreet) de reden aangeven
•    Fase 3: afronden

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Video

Fase 1: Contact leggen
  • Houd rekening met het tijdstip van bellen
  • Je noemt je naam en de naam van je bedrijf

Slide 37 - Slide

Fase 2: Informeren
  • In enkele korte zinnen vertel je de reden van je telefoontje
  • Zo duidelijk en concreet mogelijk

Slide 38 - Slide

Fase 3: Afronden
  • Afspraken samenvatten
  • Bedanken
  • Afsluiten
->Ik zal u het schema vanmiddag nog mailen. Nog een fijne dag verder mevrouw Jansen!

Slide 39 - Slide

Oefening uitgaand gesprek
  • In Teams staan 2 belscenario's
  • Je gaat bellen in tweetallen
  • Het telefoongesprek wordt opgenomen
  • Je geeft elkaar feedback ahv formulier
  • Eind van de les luisteren we naar 2 gesprekken
  • Vragen?

Slide 40 - Slide