onderneem het zelf

Onderneem het zelf
1 / 37
next
Slide 1: Slide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Onderneem het zelf

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Wanneer ben je een ondernemer?

Slide 3 - Mind map

Slide 4 - Slide

Wie is volgens jou een succesvolle ondernemer?

Slide 5 - Open question

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Bij causation start je met het bepalen van een
A
plan
B
beschikbare middelen
C
doel
D
maximale verlies

Slide 11 - Quiz

Effectuation
5 basis principes
  • Bird in the hand
  • Affordable loss
  • Crazy quilt: Stakeholders met commitment
  • Lemonade
  • Pilot in the plane

Deze 5 basisprincipes hoef je niet gedetailleerd te kennen.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

1.

Slide 14 - Slide

2.

Slide 15 - Slide

3.

Slide 16 - Slide

4.

Slide 17 - Slide

5.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Noem middelen

Slide 20 - Mind map

Slide 21 - Slide

Bedenk problemen die jij in je omgeving of maatschappij ziet en waar je eventueel als bedrijf iets mee kan

Slide 22 - Open question

Opdracht 
Bedenk wat jij als product wilt aanbieden naar aanleiding van je genoemde problemen (kies er 1 uit waar je op inspeelt)

Vul daarna het blad in voor jouw onderneming
Klaar? 
Schrijf op welke middelen je nodig hebt en hoe je gaat checken of jouw product/dienst werkt

Slide 23 - Slide

0

Slide 24 - Video

BE Les 2: Business Model Canvas & klantsegmenten

Slide 25 - Slide

Vul de business value model in 
voor jouw bedrijf

Slide 26 - Slide

Verdienmodel
1. Handelingsmodel: verkopen van product (ook contant geld)
2. abonnement of lidmaatschap
3. Verhuur-en leaseconstructies
4. Lokaasmodel: product goedkoop maar aanvullende (nodige) dingen duur
5. Fremiummodel: free of premium (Spotify)
6. Veilingmodel: marktplaats 

Slide 27 - Slide

Verdienmodel
7. Servicemodel: omzet door service kosten
8. Advertentiemodel: reclame maken voor andere (vergelijkingssites of youtubers)
9. Verhuur van (gebruikt)rechten en patenten: licenties
10. Koppelverkoop
11. Verbruiksmodel: gas, water, elektriciteit

Slide 28 - Slide

Prijs bepalen

Wat wilt de klant betalen
Wat wil jij minimaal krijgen om quitte te kunnen spelen

Slide 29 - Slide

Prijsmeter 
OPS = optimale prijsstelling
- punt waarin de minste mensen het product of de dienst te goedkoop of te duur vinden -> maximale afzet

IDP = Indifferentiepunt
- ideale prijs, punt waarin evenveel mensen het duur als goedkoop vinden

Slide 30 - Slide

Welke informatie over je klanten neem je op in het BMC?
(Meerdere antwoorden mogelijk)
A
Aan welke klant(en) verdien ik het meest?
B
Welk probleem/behoefte los je voor je klant op
C
Hoe kom ik met mijn klant(en in contact?
D
Wie je beste klant is

Slide 31 - Quiz

Wat wordt bedoeld met 'Hoe distribueer ik mijn producten?'
A
Hoe verdeel mijn producten over mijn klanten
B
Welke reclame kanalen zet ik in om mijn klant(en) te bereiken
C
Hoe ziet het proces eruit van fabriek naar klant
D
Hoe gebruik ik internet zo handig mogelijk voor mijn klan(en)

Slide 32 - Quiz

Wat wordt hier bedoeld met het woord 'propositie'?
A
Hoe duur het product is
B
Welk voorstel doe je aan je klant(en)
C
De waarde van jouw product
D
Welk probleem van de klant wordt met jouw product op welke manier opgelost

Slide 33 - Quiz

Wat wordt bedoeld met 'key resources'?
A
Mensen, middelen, kennis & kunde, belangrijke bedrijfsprocessen
B
Grondstoffen van je product
C
Hoeveel geld heb je nodig voor jouw business
D
Hulpbronnen die je in moet schakelen

Slide 34 - Quiz

Slide 35 - Link

H3 Ondernemingsplan

Slide 36 - Slide

Ondernemingsplan
Nodig voor een lening bij een bank

1. Persoonlijkplan: man/vrouw achter de onderneming
2. De onderneming
3. Het marketingplan
4. Financiën 
KvK-nummer
BTW-nummer 
Domeinnaam
Investeringsplan
Financieringsplan
Openingsbalans
Liquiditeitsbegroting
Exploitatiebegroting 

Slide 37 - Slide