Thema 3 - BS 3, Zorgen

Welkom 
  • Aanwezigheid
  • Wat weten we nog van de vorige les?  
1 / 10
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 10 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Welkom 
  • Aanwezigheid
  • Wat weten we nog van de vorige les?  

Slide 1 - Slide

T3, BS 3 - Zorgen

Lesdoel: 
Na deze les kan je in eigen woorden uitleggen hoe je voor jezelf kunt zorgen bij veelvoorkomende gezondheidsklachten. 

Slide 2 - Slide

 Vormen van zorg die je kunt toepassen
Zelfzorg: betekent, je zorgt voor jezelf. Bijvoorbeeld: je neemt een pijnstiller voor je hoofdpijn en gaat naar bed. Jezelf wassen, aankleden en eten hoort ook bij zelfzorg.


Slide 3 - Slide

 Mantelzorg
 Betekent: zorgen voor elkaar. Je krijgt hulp van mensen in je omgeving: familie, vrienden of buren. Voorbeeld: je ouders zorgen soms voor jou, jij zorgt soms voor je zusje en je tante zorgt voor je moeder. Je zorgt voor de mensen om je heen.

Slide 4 - Slide

 Professionele zorg
 Is zorgen als beroep. Bijvoorbeeld: een huisarts, tandarts, wijkverpleegkundige of apotheker. Mensen die professionele zorg geven worden hiervoor betaald.

Slide 5 - Slide

Zelfzorg
Voorbeelden van zelfzorg:
- huismiddeltje gebruiken: een eenvoudig middeltje dat je zelf kunt klaarmaken, bv.  thee met honing
- geneesmiddel gebruiken: medicijn dat je bij de drogist of apotheker kunt kopen
- Wonden schoonmaken
- Brandwond behandelen

Slide 6 - Slide

Wondverzorging
Om de kans op infecties en littekens te verkleinen, is het belangrijk om een wond te verzorgen. 
Bij een grote wond dan moet je naar de huisarts. Kleine wondjes, zoals een sneetje of een schaafwond behandel je zelf. 
- Maak de wond schoon door te spoelen met water. 
- Dep de wond droog met schoon papier. 
- Ontsmet de wond (dit kan met jodium of alcohol)
- Bescherm daarna de wond met een verband of pleister.

Slide 7 - Slide

0

Slide 8 - Video

Opdrachten
Hoe? 
In stilte 
Met wie? 
Zelfstandig
Hulp?
Eerste 10 minuten zelfstandig, daarna loop ik rond 
Klaar?
Nakijken!
Wat?
basisstof 
timer
10:00

Slide 9 - Slide

Wat heb je geleerd?

Slide 10 - Mind map