Mavo 3 Kapitel 2 pers vnw 3e naamval

MAVO 3 

Grammatik - persoonlijk voornaamwoord in de 3e naamval

1 / 13
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

MAVO 3 

Grammatik - persoonlijk voornaamwoord in de 3e naamval

Slide 1 - Slide

MAVO 3 

Doel: 
Ik kan de 3e naamval toepassen!
Ik weet wat ik voor de toets nog moet leren!

Slide 2 - Slide

ich
du
er
sie
es

    mir

    dir
   
   ihm

    ihr


   ihm

Slide 3 - Drag question

wir
ihr
sie
Sie

   uns

   euch

  ihnen

  Ihnen

Slide 4 - Drag question

Inge hat das Kleid von ...bekommen.
A
er
B
ihm

Slide 5 - Quiz

Möchtest du mit ....tanzen?
A
ich
B
mir

Slide 6 - Quiz

Martina geht morgen zu.....
A
sie
B
ihr

Slide 7 - Quiz

Er fährt ( met) .... nach Italien.
A
mit du
B
mit dir

Slide 8 - Quiz

Voorzetsels met de vierde
naamval zijn
A
mit,nach,bei,von,durch,aus
B
mit,nach,für,von,zu,aus
C
mit,nach,bei,von,zu,aus

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Slide

Waar moet je nog aan werken?

Slide 11 - Open question

Hoe wil je in de les hieraan werken?

Slide 12 - Open question

Geef een tip en een top voor de toetsvoorbereiding

Slide 13 - Open question