Opdracht 2 Van Dale & co

Opdracht 2 
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Opdracht 2 

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?

Les 1:
Docentenevaluatie
Waargebeurd of niet?
Theorie pleidooi
Aan de slag



Les 2: 
nieuwsquiz 
zelfstandig aan de slag met het pleidooi 

Slide 2 - Slide

Waargebeurd of niet?
De dansgekte van 1518

Slide 3 - Slide

Pleidooi?

Slide 4 - Open question

Pleidooi
Een pleidooi is een betoog waarin je probeert anderen ergens van te overtuigen en daardoor iets te bereiken. 

Slide 5 - Slide

Wat is het doel van een pleidooi?
A
Informeren
B
Amuseren
C
Overtuigen
D
Activeren

Slide 6 - Quiz

Logos, pathos en ethos
De klassieke kunst van het pleiten ontstond vanaf de vijfde eeuw voor Christus. Burgers konden elkaar aanklagen en moesten zich ook zelf verdedigen. Welsprekendheid werd een manier van leven.[3] Uit deze tijd stammen de drie pijlers van een succesvol pleidooi: logos, pathos en ethos.

Slide 7 - Slide

Logos
Allereerst overtuig je alleen met goede argumenten (logos). Het opstellen van een argumentenlijst werkt hierbij altijd. Wat zijn de sterke punten in mijn zaak? Met welke argumenten zal de wederpartij komen? Wat zou mijn reactie zijn?

Slide 8 - Slide

Pathos 
Ten tweede overtuig je ook door bij de rechter een bepaald gevoel te creëren (pathos). 

Je zou menen dat zoiets vaags als ‘gevoel’ er niet toe doet, maar vergis je niet: in veel pleidooien bepaalt juist juist de toon het succes! 

Begin jouw pleidooi dus bijvoorbeeld met iets grappigs of pakkends. Ook de juiste woordkeuze kan het verloop van de zitting beïnvloeden.

Slide 9 - Slide

Ethos 
De derde en laatste pijler gaat niet over het pleidooi, maar over de spreker zelf (ethos). Hiermee wordt het beeld bedoeld dat de rechter van iemand heeft. Dat kan zowel positief als negatief zijn.
Een zielig verhaal - inspelen op emotie - doet wat met mensen

Slide 10 - Slide

Een goed pleidooi
Richt zich tot de luisteraar;
gebruik non-verbale communicatie + gebaren
Afbeeldingen zeggen meer dan 1000 woorden 

Slide 11 - Slide

3 soorten sprekers
Marktkoopman: uitstekende presentatie, praat gemakkelijk, inhoudelijk minder sterk.
Dominee: inhoudelijk erg sterk, kalm, gebruikt handgebaren
Ambtenaar: heeft alle kennis, kent de standpunten, brengt het alleen niet boeiend over

Uiteindelijk wint een sterk verhaal het vaak van het argument. 

Slide 12 - Slide

Wie ben jij?
Marktkoopman, dominee ,ambtenaar?

Slide 13 - Mind map

En nu:
Lees opdracht 2 van het taalportfolio
Maak een start met de voorbereidingen voor je pleidooi

Slide 14 - Slide