Persoonlijke voornaamwoorden (pvnw)
Persoonlijke voornaamwoorden verwijzen naar iets of iemand.
Zij heeft een jurk gekocht. Zij = mijn zusje, Esther (iemand)
Het kan niet lang genoeg duren. Het = het feest, zijn verjaardag (iets)
Persoonlijke voornaamwoorden vervangen zelfstandige voornaamwoorden.
Zij heeft een jurk gekocht. Zij = meisje, Esther (zn)
Het kan niet lang genoeg duren. Het = het feest, zijn verjaardag (zn)