Dag 4

de manier
  • hoe je iets doet of hoe iets gebeurt
  • de manier -  de manieren
  • zin: Je kunt op verschillende manieren je veters strikken.
21
1 / 6
next
Slide 1: Slide
NT2BasisschoolGroep 1

This lesson contains 6 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

de manier
  • hoe je iets doet of hoe iets gebeurt
  • de manier -  de manieren
  • zin: Je kunt op verschillende manieren je veters strikken.
21

Slide 1 - Slide

de medaille
22

Slide 2 - Slide

nadenken
  • langer denken over iets
  • werkwoord
  • ik denk na - wij denken na
  • zin: Ik wil misschien verhuizen. Ik ga er goed over nadenken
23

Slide 3 - Slide

natuurlijk
  • ja hoor
  • dat begrijpt iedereen, dat is heel vaak zo
  • zin: Wil je me helpen? Natuurlijk!
  • zin: Natuurlijk is de trein weer te laat! 
24

Slide 4 - Slide

oefenen
  • iets maar weer proberen, net zo lang tot je het kunt
  • werkwoord
  • ik oefen - wij oefenen
  • zin: Zij oefent elke dag op de piano. 
25

Slide 5 - Slide

het onderwerp
  • dat waarover iets gaat
  •  zin: Wat is het onderwerp van dit boek? 
26

Slide 6 - Slide