H1f week 50

woensdag 15 december
H1f: les 1
1 / 26
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

woensdag 15 december
H1f: les 1

Slide 1 - Slide

vandaag
- morgen ballondebat &  intekenlijst nieuw leesboek (gaat de klas rond)
- korte herhaling pv > klassikaal bespreken opdr 2 + 3 hfdst 3 woordsoorten  blz 91 (huiswerk)
- maken woordsoort hfdst 3 opdr 4 blz 91 > klaar: lezen theorie blz 120 en maken opdr 1 blz 120
- lezen theorie woordsoorten hfdst 4 blz 120 > aanwijzend en vragend voornaamwoord

Huiswerk morgen: (af)maken opdr 4 blz 91 + zoek een kort krantenbericht en print/knip dat uit en neem mee naar de les.


Slide 2 - Slide

persoonsvorm (pv)
Een pv is een werkwoord (ww) in de zin.
Er moet altijd een pv in de zin staan.
1 werkwoord in de zin: dat ww is altijd de pv.

maar hoe vind je de pv bij 2 of meerdere werkwoorden in een zin???

Slide 3 - Slide

hoe vind je de persoonsvorm?
- zin vragend maken; pv komt vooraan in de zin te staan
- tijdproef: maak de zin van tegenwoordige tijd<> verleden tijd
- getalproef: maak de zin van enkelvoud <> meervoud

Slide 4 - Slide

donderdag 16 december
H1f: les 2

Slide 5 - Slide

vandaag 1e lesuur
- intekenlijst leesboek gaat (opnieuw) de klas rond
- LessonUp: quizvragen huiswerk (opdr 4 blz 91) + nakijken huiswerk alle zinnen
- opdracht: krantenartikel (uitleg & uitvoeren)

-  startopdracht woordsoorten hfdst 4 blz 120 + lezen theorie woordsoorten 
    hfdst 4  > aanwijzend en vragend voornaamwoord (blz 120)





Slide 6 - Slide

Jeffrey en Wesley zullen wel verlof krijgen voor de bruiloft.
Jeffrey = ......?
A
blw
B
zn
C
olw
D
bn

Slide 7 - Quiz

Jeffrey en Wesley zullen wel verlof krijgen voor de bruiloft.
zullen = ......?
A
blw
B
zww
C
hww
D
bn

Slide 8 - Quiz

Jeffrey en Wesley zullen wel verlof krijgen voor de bruiloft.
verlof = ......?
A
zn
B
zww
C
hww
D
bn

Slide 9 - Quiz

Jeffrey en Wesley zullen wel verlof krijgen voor de bruiloft.
de = ......?
A
blw
B
zww
C
olw
D
bn

Slide 10 - Quiz

Heb je al nagedacht over een verrassende bijdrage voor het familiefeest?

nagedacht = .......?
A
bn
B
hww
C
zn
D
zww

Slide 11 - Quiz

Heb je al nagedacht over een verrassende bijdrage voor het familiefeest?

verrassende = .......?
A
bn
B
hww
C
zn
D
zww

Slide 12 - Quiz

Heb je al nagedacht over een verrassende bijdrage voor het familiefeest?

heb = .......?
A
bn
B
hww
C
zn
D
zww

Slide 13 - Quiz

Heb je al nagedacht over een verrassende bijdrage voor het familiefeest?

familiefeest = .......?
A
bn
B
hww
C
zn
D
zww

Slide 14 - Quiz

Een van de sollicitanten verloor zijn geduld in de stille wachtkamer

Een = .......?
A
olw
B
blw
C
ander woordsoort
D
bn

Slide 15 - Quiz

Een van de sollicitanten verloor zijn geduld in de stille wachtkamer

verloor = .......?
A
zww
B
hww
C
zn
D
bn

Slide 16 - Quiz

verder nakijken opdr 4

nakijken op bord opdr 4 zin 1 t/m 6

Slide 17 - Slide

opdracht krantenartikel (1)
Onderstreep 10 woorden in je krantenartikel. Zorg dat je woordsoorten onderstreept die je tot nu toe hebt gehad. Dus:
blw, olw, zn, bn, hww, zww
Daarna schrijf je de 10 woorden over op de achterkant van het artikel en zet je erachter wat het antwoord is. (totaal 7 minuten)
timer
7:00

Slide 18 - Slide

opdracht krantenartikel (2)
Klaar?  Wissel je krantenbericht met je buurvrouw/buurman en noteer de onderstreepte woorden in je schrift en zet er de juiste woordsoort achter. Klaar? controleer je werk door op de achterkant van het artikel naar de juiste oplossing te kijken
Klaar? Ruil weer met een ander klasgenootje en schrijf opnieuw de woorden over en controleer je werk als je klaar bent. Etc.
Totaal: 10 minuten
timer
10:00

Slide 19 - Slide

vandaag 2e lesuur
H1f: 3e les

Slide 20 - Slide

deze les..
- in tweetallen startopdracht blz 120
-  klassikaal lezen lezen theorie woordsoorten hfdst 4
  > aanwijzend en vragend voornaamwoord (blz 120) > aantekeningen maken
- start maken opdracht 1 blz 120 en opdracht 2 blz 121
- opdracht luchtballon

Huiswerk woensdag: (af)maken grammatica woordsoorten hfdst 4 opdr 1 en 2 blz 120 en 121





Slide 21 - Slide

hfdst 4: startopdracht blz 120
- In tweetal: lees de startopdracht en maak vraag 1 en bespreek
   vraag 2 > daarna klassikaal bespreken

Slide 22 - Slide

vragend vnw en aanwijzend vnw (1)

klassikaal lezen theorie blz 120

Slide 23 - Slide

aanwijzend vnw (blz 120)
aanwijzend vnw: wijst naar zelfstandig naamwoord (zn): deze, dit, die, dat, (zulke, zo'n, dergelijke)

deze  (dichtbij / de-woord)       b.v.    deze fiets     (de fiets)
dit       (dichtbij / het-woord)      b.v.     dit huiswerk   (het huiswerk)
die      (ver weg / de-woord)       b.v.     die fiets 
dat     (ver weg / het woord)        b.v.    dat huiswerk
                  

Slide 24 - Slide

vragend vnw (blz 120)
Er zijn vier vragend voornaamwoorden: wie, wat, welke, wat voor een.
wie is er morgen jarig?
- wat gaat zij trakteren?
- welke kleren zal ik aantrekken?
- wat voor een taart gaan we daar eten?
 Let op: andere 'vraagwoorden', zoals: hoe, waarom, wanneer, waar, waarheen  zijn geen vragend vnw, maar bijwoorden.

Slide 25 - Slide

start huiswerk woensdag
Huiswerk woensdag: (af)maken grammatica woordsoorten hfdst 4 opdr 1 en 2 blz 120 en 121
opdracht luchtballon

Slide 26 - Slide