V1 Leesvaardigheid 2 en 3 Informeren, Overtuigen en Beschouwen

Welkom V1AT



Leesvaardigheid  2 en 3
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom V1AT



Leesvaardigheid  2 en 3

Slide 1 - Slide

Programma
  1. 10 minuten lezen
  2. Huiswerkopdrachten bespreken
  3. Leerdoelencheck / leerwerkcheck Leesvaardigheid 3
  4. Extra oefenen leesvaardigheid 2 en 3
  5. Afsluiting en vooruitblik

Slide 2 - Slide

10 minuten lezen

Slide 3 - Slide

Waarom is straffen volgens Laura Weiss eigenlijk geen goed idee als je iemand iets wilt leren? (vraag 6a)

Slide 4 - Mind map

Leden van de Babembastam gaan anders om met mensen die zich slecht gedragen dan Nederlanders. Leg uit wat het verschil is. (vraag 6b)

Slide 5 - Mind map

Op welke manier hebben de personages in de serie Orange Is The New Black geen autonomie? (vraag 6c)

Slide 6 - Mind map

Slide 7 - Mind map

Maakt Laura Weiss gebruik van feiten in haar tekst? (vraag 7a)
A
ja
B
nee

Slide 8 - Quiz

Laat Laura Weiss in haar tekst het onderwerp van meerdere kanten zien? (vraag 7b)
A
ja
B
nee

Slide 9 - Quiz

Pleit Laura Weiss in haar tekst voor een bepaalde stelling? (vraag 7c)
A
ja
B
nee

Slide 10 - Quiz

Wat voor soort tekst is 'Straf'?
A
informerende tekst
B
overtuigende tekst
C
beschouwende tekst

Slide 11 - Quiz

Wat is de tekstsoort?
Waarom het goed is om ruzie te maken in je relatie.
A
informerende tekst
B
overtuigende tekst
C
beschouwende tekst

Slide 12 - Quiz

Wat is de tekstsoort?
Hoe worden slakken geboren?
A
informerende tekst
B
overtuigende tekst
C
beschouwende tekst

Slide 13 - Quiz

Wat is de tekstsoort?
Een tuin op kantoor. Goed of slecht voor je concentratie?
A
informerende tekst
B
overtuigende tekst
C
beschouwende tekst

Slide 14 - Quiz

Wat is de tekstsoort?
A
informerende tekst
B
overtuigende tekst
C
beschouwende tekst

Slide 15 - Quiz

Wat is de tekstsoort?
A
informerende tekst
B
overtuigende tekst
C
beschouwende tekst

Slide 16 - Quiz

Wat is het doel van een overtuigende tekst?
A
de lezer zelf een mening laten vormen
B
de lezer overtuigen van het gelijk van de schrijver
C
de lezer argumenten geven
D
de lezer meerdere kanten van het onderwerp laten zien

Slide 17 - Quiz

Opdracht maken
  • Maak opdracht 3 op pagina 15 van je boek. 
  • Je krijgt voor het maken van deze opdrachten 10 minuten de tijd, daarna bespreken we de antwoorden. 
  • Je mag zachtjes overleggen met je buur. 
  • Klaar? Ga nog even in je leesboek lezen.
timer
10:00

Slide 18 - Slide

Opdracht 3 nakijken
a Mening: Je kunt maar beter in bed blijven vandaag.
Argument: Je hebt griep.
b Mening: Ik zit vaak uren te lezen in de bibliotheek.
Argument: Het is een fijne plek om te zijn.
c Mening: Wonen in een boerengat lijkt me vreselijk saai.
Argument: Ze hebben er vast geen internet.
d Mening: Eet minder vlees!
Argument: Dan doe je tenminste écht iets voor het milieu.
e Mening: Het is raar dat rottweilers ‘hoogrisicohonden’ zijn.
Argumenten: Mechelse herders staan niet op die lijst én zijn toch veel meer betrokken bij bijtincidenten.

Slide 19 - Slide

Afsluiting en vooruitblik
Volgende les: maandag 12 september
  • Huiswerk: leren p. 10, 14 en 18
  • Meenemen: leesboek, boek, pen, schrift en LAPTOP
  • Programma: leesvaardigheid 4

Slide 20 - Slide