Vragenles H5











Noteer dit voor jezelf alvast in je schrift.

Stel je vragen aan de docent die gaat streamen. 
Ga rustig zitten op je plek.
Leg je wiskundespullen op tafel. 

1 / 24
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 24 slides, with text slides.

Items in this lesson











Noteer dit voor jezelf alvast in je schrift.

Stel je vragen aan de docent die gaat streamen. 
Ga rustig zitten op je plek.
Leg je wiskundespullen op tafel. 

Slide 1 - Slide

Lesson Up

Slide 2 - Slide

Hoofdstuk doorlopen

Slide 3 - Slide

Ik kan werken met een verhoudingstabel.
Succescriteria
Ik kan een tabel tekenen met potlood en geodriehoek.
Ik weet wat een verhoudingstabel is.



Slide 4 - Slide

Rekenen met een verhoudingstabel

  • Rekenen via één.
  • Rekenen met handige stappen.
  • Rekenen met de factor.
  • Rekenen door twee kolommen samen te nemen.
  • Kruislingsvermenigvuldigen. 

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Ik kan percentages en aantallen berekenen met een verhoudingstabel.
Succescriteria
Ik kan percentages berekenen met behulp van een verhoudingstabel.
Ik kan aantallen berekenen met behulp van een verhoudingstabel.




Slide 7 - Slide

Rekenen met een verhoudingstabel

Stap 1 Teken een tabel met potlood en geodriehoek.
Stap 2 Invullen van de gegevens die je weet.
Stap 3 Bereken nieuwe gegevens (laat zien wat je doet).
Stap 4 Antwoord geven op de vraag.
Stap 5 Controle.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Ik kan een schaal berekenen met een verhoudingstabel.
Succescriteria
Ik weet hoe een schaal werkt.
Ik kan aantallen berekenen met behulp van een verhoudingstabel.





Slide 10 - Slide

Schaal
Stappenplan 
Stap 1    Maak een tabel. 
Stap 2   Invullen wat je weet. 
Stap 3   Bereken hoeveel 1 cm op de tekening (T) in werkelijkheid (W) is.
Stap 4   Noteer de schaal. Antwoord geven op de vraag.
(bovenste rij tekening en onderste rij werkelijkheid)
T
1
W

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Ik kan een hoeveelheid in een bepaalde verhouding verdelen.
Succescriteria
Ik weet wat een verhouding is.
Ik kan werken met een verhouding.
Ik kan aantallen berekenen met behulp van een verhoudingstabel.






Slide 13 - Slide

Verdeel 360 euro in de verhouding 4 : 5
Stap 1: Vul de tabel in met hetgeen je weet.

Bedenk hoeveel delen er in totaal zijn.
Er zijn in totaal 4 + 5 = 9 delen        
verdeling
euro
4
 5
Totaal
9
360 

Slide 14 - Slide

Verdeel 360 euro in de verhouding 4 : 5
Stap 2: Bereken de lege cellen.

Bedenk dat 360 : 9 = 40.
Dus 4 • 40 = 160 en 5 • 40 = 200.

      
verdeling
euro
4
160
 5
200
Totaal
9
 360
40

Slide 15 - Slide

Verdeel 360 euro in de verhouding 4 : 5
Stap 3: Geef antwoord op de vraag.

Dus 360 euro verdeeld in de 
verhouding 4 : 5 is 160 : 200 euro.




      
verdeling
euro
4
160
 5
200
Totaal
9
 360
• 40

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Verhoudingstabel
Stappenplan

  1. Voorbereiden: maak een tabel met de gegevens die je weet.
  2. Aanpak kiezen: verhoudingstabel / kruis links vermenigvuldigen.
  3. Berekenen: bereken met behulp van je rekenmachine
  4. Antwoord geven: dus ...... 
  5. Controle: niet tussendoor afgerond en eenheden genoteerd.  

Slide 18 - Slide

Verhoudingstabel gebruiken
Bij een controle reed 30% van de 1100 auto's te snel.
Zet je gegevens in een verhoudingstabel.
 Bereken hoeveel auto's t snel reden.

Slide 19 - Slide

Verhoudingstabel gebruiken
Mira maakt van een mier van 1,6 mm een tekening op schaal.
In haar tekening wordt de mier 64 cm.
Zet je gegevens in een verhoudingstabel.
 Welke schaal heeft haar tekening?

Slide 20 - Slide

aan de slag 
Heb je aantekeningen genoteerd in je schrift? 

Maak de gemengde opgaven, oefentoets, test jezelf en/of extra oefening.

Controleer je werk kritisch met behulp van de uitwerkingen via magister leermiddelen.
Snap je wat je fout gedaan hebt? Verbeter je fouten met een andere kleur. 
Wie kan je om hulp vragen als je het niet begrijpt?
Let ook op je notatie!

Lever je werk in via LessonUp.

Slide 21 - Slide

Brandende vraag!
  • Voor de les naar de docent appen via teams!
  • Begin van de les zelf op het bord noteren.

Iets nieuws!!

Slide 22 - Slide

Aan de slag
Maak paragraaf 6.3 af 
Kijk je werk goed na met een andere kleur en verbeter je fouten!
Maak paragraaf 6.4
Kijk je werk goed na met een andere kleur en verbeter je fouten!
Je gaat rustig aan het werk!
Je mag met muziek en oortjes werken, 
let op dat de muziek niet te hard staat. 
  • Oortjes in? Mond op slot! 
  • Afspeellijst aan, iPad/telefoon omgedraaid op tafel!
Heb je een vraag? Lees je aantekeningen van zonet nog eens door en/of overleg op fluistertoon vóór je je vinger opsteekt. 

timer
20:00
(kies jouw leerroute: 20 mag je overslaan)

Slide 23 - Slide

 En nu zelf aan de slag!
maken en nakijken:  28, 30, 32, 33, 34, 35, 36, 37
(moeten dinsdag 4de af zijn)
Kijk je werk goed na: noteer bij een fout antwoord het juiste antwoord met een ander kleurtje! 
Werk voor jezelf. Als je een vraag hebt, overleg met je buurman/buurvrouw op fluistertoon. Als jullie toch niet uitkomen, steek je vinger op, dan geef ik jou toestemming en kom je naar mijn tafel toe.
Ben je klaar met het huiswerk? Laat mij je schrift zien en dan mag  je een spel uit de doos pakken!

Slide 24 - Slide