Soorten huizen





Burgerschap
DISK thema Wonen
1 / 26
next
Slide 1: Slide
BurgerschapsonderwijsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson





Burgerschap
DISK thema Wonen

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...

...weet je verschillende soorten huizen te benoemen en herkennen.

Slide 2 - Slide

Een huis
Een huis is een plek waar mensen wonen.

Slide 3 - Slide

Twee huizen

Slide 4 - Slide

Vul het goede woord in.
Jij woont in een ...
A
huis
B
huizen

Slide 5 - Quiz

Vul het juiste woord in.
Er zijn veel verschillende soorten ...
A
huis
B
huizen

Slide 6 - Quiz

Soorten huizen
Er zijn veel verschillende soorten huizen. 
Er zijn grote huizen, maar ook kleine huizen. Er zijn hoge huizen, maar ook lage huizen. Je hebt veel huizen bij elkaar, maar ook huizen die los staan...

Slide 7 - Slide

een klein huis

Slide 8 - Slide

een groot huis

Slide 9 - Slide

een villa
Dit is een groot en luxe huis met een tuin eromheen.

Slide 10 - Slide

een boerderij

Slide 11 - Slide

het appartement/ de flat
Dit is een woning in een groter gebouw. 

Slide 12 - Slide

een rijtjeshuis 
Dit is een huis dat tussen andere huizen staat, in een rij. 

Slide 13 - Slide

Een vrijstaand huis
Dit is een huis dat alleen staat. 

Slide 14 - Slide

de twee-onder-een-kapwoning
Twee huizen onderéén dak.

Een kap is een dak.

Slide 15 - Slide

een bungalow
Een huis met alleen begane gron. 
(geen trap)

Slide 16 - Slide

een azc
In een AZC zijn kamers voor families en voor alleenstaande mensen die nieuw in Nederland zijn. 

Slide 17 - Slide

een studentenkamer
Dit is een kamer in een groot huis of gebouw voor studenten.

Slide 18 - Slide

Wat is een appartement?
A
een huis in een groter gebouw
B
een huis met een tuin

Slide 19 - Quiz

Waar woont een boer?
A
in een rijtjeshuis
B
in een boerderij
C
in een flat

Slide 20 - Quiz

Wat is een rijtjeshuis?
A
een huis dat vastzit aan andere huizen in een rij
B
een huis dat alleen staat
C
een huis op het platteland

Slide 21 - Quiz

Wat is een vrijstaand huis?
A
een huis in een flat
B
een huis dat alleen staat
C
een huis voor studenten

Slide 22 - Quiz

Waar wonen studenten vaak?
A
in een twee-onder-een kapwoning
B
in een boerderij
C
in een studentenkamer

Slide 23 - Quiz

Wat heb je geleerd?

Slide 24 - Open question

Wat vind je nog moeilijk?

Slide 25 - Open question

Huiswerk
Maak vraag 1, 2, 6, 7, 8, 9 en 10 op werkblad 1.

Slide 26 - Slide