Oefenen met de stof voor het proefwerk van thema 1
Basisstof 1 tot en met 8
1 / 33
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1
This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Herhaling thema 1
Oefenen met de stof voor het proefwerk van thema 1
Basisstof 1 tot en met 8
Slide 1 - Slide
Maak alle vragen die je tegenkomt. Als je iets niet goed had en je begrijpt niet helemaal waarom. Zoek dit dan eerst op in het boek. Begrijp je het niet nadat je het stukje in het boek hebt gelezen? Steek dan je vinger op en dan komt de docent je helpen!
Slide 2 - Slide
Leven
Levenloos
Dood
Slide 3 - Drag question
Wat is geen levensverschijnsel:
A
Bewegen
B
Slapen
C
Ademhalen
D
Voortplanten
Slide 4 - Quiz
Hoe noem je dit levensverschijnsel?
A
Ademhalen
B
Voortplanten
C
Groeien
D
Waarnemen
Slide 5 - Quiz
Hoe noem je dit levensverschijnsel?
A
plassende hond
B
uitscheiden
C
onderscheiden
Slide 6 - Quiz
Schrijf alle 7 levensverschijnselen hier op!
Slide 7 - Open question
De 7 levensverschijnselen
Slide 8 - Slide
Schematisch of natuurgetrouw?
A
schematisch
B
natuurgetrouw
Slide 9 - Quiz
Natuurgetrouw of Schematisch?
A
Natuurgetrouw
B
Schematisch
Slide 10 - Quiz
Leg uit wat het verschil is tussen een natuurgetrouwe tekening en een schematische tekening.
Slide 11 - Open question
Heb je de vorige vraag goed beantwoord?
Natuurgetrouwe tekening: hierbij geef je zo nauwkeurig mogelijk alle details weer
Schematische tekening: hierbij teken je alleen de belangrijkste onderdelen
Slide 12 - Slide
Zet de namen van de onderdelen van de bruine boon op de juiste plekken.
Zaadhuid
Zaadlob
Poortje
Navel
Blaadjes
Stengel
Wortel
Slide 13 - Drag question
Wat is groei?
Slide 14 - Open question
Wat is een groeispurt?
A
je groeit in korte tijd heel snel
B
Je groeit harder dan je leeftijdgenoten
C
Je groeit bijna niet meer
D
Je bent uitgegroeid
Slide 15 - Quiz
Wat is geen ontwikkeling?
A
een rups komt uit een ei
B
in de puberteit verandert je lichaam
C
een bloem groeit op een struik
D
een plant groeit 5 cm per dag
Slide 16 - Quiz
Groei is het groter en zwaarder worden van een organisme.
Bedenk voor jezelf wat een organisme ook al weer is!
Ontwikkeling is het optreden van veranderingen in de bouw van een organisme. Dit kan motorisch, geestelijk of lichamelijk zijn.
Slide 17 - Slide
Hier vindt metamorfose plaats
Imago
Cocon/Pop
Larve
Slide 18 - Drag question
Een vos eet een muis op. Waar is dit een voorbeeld van?
A
interactie
B
evolutie
C
zelforganisatie
D
reproductie
Slide 19 - Quiz
De ijsberen kunnen uit zichzelf bewegen om voedsel te zoeken.
A
Dat hoort bij het hoofdthema interactie
B
Dat hoort bij het hoofdthema zelforganisatie
C
Dat hoort bij het hoofdthema evolutie
D
Dat hoort bij het hoofdthema zelfregulatie
Slide 20 - Quiz
De zaden van een plant spelen een rol bij
A
zelfregulatie
B
evolutie
C
zelforganisatie
D
reproductie
Slide 21 - Quiz
De dino's stierven 65 miljoen jaar geleden uit. Dit is een voorbeeld van:
A
evolutie
B
reproductie
C
zelforganisatie
D
interactie
Slide 22 - Quiz
Slide 23 - Slide
Hoofdthema's van de biologie
Op de volgende slider staan alle hoofdthema's van de biologie nog eens uitgelegd. Lees dit goed door!
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Slide
In welke 4 categorieën delen we de beroepen van de biologie in?
Slide 28 - Open question
Welk beroep heeft niet direct met biologie te maken?
A
Huisarts
B
Medewerker Dierenasiel
C
Bloemist
D
Politie
Slide 29 - Quiz
Welk cijfer ga je denk je halen voor de toets?
A
Onder de 5,5
B
Tussen de 5,5 en 6,5
C
Tussen de 6,5 en 8
D
8 of hoger
Slide 30 - Quiz
Je bent nu klaar met de herhaling LessonUp. Lees de onderdelen die je niet helemaal goed had gemaakt nog even door in je boek!
Daarna kan je de test jezelf maken van biologie voor jou, een samenvatting maken of een begrippenlijst maken!
Slide 31 - Slide
Je hebt geleerd dat organismen groeien en ontwikkelen. Bij welk hoofdthema past dit (het beste)?
A
Zelfregulatie
B
Zelforganisatie
Slide 32 - Quiz
Je hebt geleerd dat organismen groeien en ontwikkelen. Bij welk hoofdthema past dit (het beste)?