This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
welkom
ga rustig zitten en pak je boeken er bij
Slide 1 - Slide
leerdoelen
je kent de 4 organen van een plant en de functies.
je weet hoe het transport in een plant wort geregeld.
Slide 2 - Slide
wat gaan we doen?
opening 5 min
3.2 beginnen 10 min
aan de slag ZF 5 min
stukje uitleg 5 min
huiswerk ZF 5 min
Slide 3 - Slide
organen van planten
als je naar een plant kijkt kan je 4 organen zien. elk orgaan heeft een eigenfunctie.
Slide 4 - Slide
bladeren
De bladeren een enorm belangrijk orgaan van de plant. Planten zijn organismen die eigen voedsel kunnen maken dit is een erg uniek eigenschap en best wel handig. In de bladeren wordt glucose gemaakt met behulp van zonlicht, water en CO2.
Slide 5 - Slide
weefsel
wat was dat ook alweer? Een weefsel is een groep cellen die de zelfde functie hebben. en een orgaan bestaat weer uit weefsels. als je naar de doorsnede van een blad kijkt zie je verschillende weefsels
Slide 6 - Slide
planten nemen uit de omgeving 3 stoffen op.
koolstofdioxide
water
mineralen
Slide 7 - Slide
koolstofdioxide
ook wel bekend als CO2. Bij verbranding ontstaat CO2, fotosynthese is eigenlijk de omgekeerde werking van verbanding. planten hebben dus voor fotosynthese CO2 nodig.
koolstofdioxide komt in het blad door middel van de huidmondjes die in het blad zitten. dit zijn klepjes
die open en dicht kunnen
Slide 8 - Slide
water
water is belangrijk voor transport. water is ook een product dat nodig is voor fotosynthese. Ook helpt water bij de stevigheid van de plant.
dit wordt opgenomen door de
wortelharen van een plant.
Slide 9 - Slide
mineralen
Mineralen zijn stoffen die in de bodem zitten die planten nodig hebben. het zijn als een soort voedingstoffen. met deze mineralen maakt een plant eiwitten die nodig zijn voor groei.
mineralen worden met het water mee opgenomen door de wortelharen.
Slide 10 - Slide
planten nemen CO2 op doormiddel van
A
longen
B
huidmondjes
C
wortelen
D
wortelharen
Slide 11 - Quiz
planten nemen mineralen op doormiddel van
A
longen
B
huidmondjes
C
wortelen
D
wortelharen
Slide 12 - Quiz
planten nemen water op doormiddel van
A
longen
B
huidmondjes
C
wortelen
D
wortelharen
Slide 13 - Quiz
ga aan de slag
maak opdracht 3,4,5,6 en 7 (zf)
blz110, 111 en 112
blz 76 en 77
timer
1:00
Slide 14 - Slide
hoe vervoert een plant stoffen
wij hebben bloedvaten maar planten hebben een ander soort vaten. dit gebeurt door vaat bundels die uit twee soorten vaten bestaan er zijn houtvaten en bastvaten.
Slide 15 - Slide
houtvaten
stroming gaat omhoog, ze zijn erg wijd en zitten aan de binnenkant van een vaatbundel.
Slide 16 - Slide
bastvaten
hierdoor stroomt water met glucose en voedingstoffen naar de onderdelen van een plant. bastvaten zijn smaller en liggen aan de buitenkant van een vaatbundel.