Formatieve toets herleiden

Voorkennis
Kennen:
- De rekenvolgorde
- Regels voor het optellen en vermenigvuldigen met letters

Kunnen:
- Vermenigvuldigen met letters
- Optellen met letters

1 / 26
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Voorkennis
Kennen:
- De rekenvolgorde
- Regels voor het optellen en vermenigvuldigen met letters

Kunnen:
- Vermenigvuldigen met letters
- Optellen met letters

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide


Bereken

Leerdoel: Jij kan de rekenvolgorde vertellen en de rekenvolgorde toepassen
282
A
256
B
128
C
-256
D
-128

Slide 4 - Quiz

Ik kan de rekenvolgorde gebruiken.
Wat schrijf je op de volgorde regel:

2+53=
A
2 + 15 =
B
53=15
C
15
D
73=

Slide 5 - Quiz

Wat is de juiste rekenvolgorde voor de berekening 5 + 3 * 2?
A
13
B
16
C
11
D
10

Slide 6 - Quiz

juiste rekenvolgorde!

432132=
A
36
B
-133
C
-205
D
133

Slide 7 - Quiz


Reken deze som uit:
6 + 94 - 3 x 7=
THEMA REKENVOLGORDE
A
679
B
600
C
79
D
97

Slide 8 - Quiz

Voorkennis
Kennen:
- De rekenvolgorde
- Regels voor het optellen en vermenigvuldigen met letters

Kunnen:
- Vermenigvuldigen met letters
- Optellen met letters

Slide 9 - Slide

Herleid (Geef het beste antwoord)
2y+7y+x
Tip: Neem de som over en zet zelf de gekleurde cirkeltjes
Het is gebruikelijk om de letters op alfabetische volgorde te plaatsen en dan het getal
A
8x + y
B
x - 3y + 7
C
x + y + 7
D
y + 7 + x

Slide 10 - Quiz

Zet dus de letters in ALFABETISCHE VOLGORDE
Herleid

2y3zx
A
6yzx
B
12yzx
C
12xyz
D
6xyz

Slide 11 - Quiz

Wat vonden jullie van rekenen met letters?
A
Super leuk!
B
Gewoon leuk.
C
Niet super leuk, maar ook niet saai.
D
Niet zo leuk, maar ik vond het wel gezellig.

Slide 12 - Quiz

Voorkennis
Kennen:
- De rekenvolgorde
- Regels voor het optellen en vermenigvuldigen met letters

Kunnen:
- Vermenigvuldigen met letters
- Optellen met letters

Slide 13 - Slide

Herleid

3a2b8ab

Slide 14 - Open question

Bereken:
9 - 5 · -1

Slide 15 - Open question

a + 3b + 5a - 2a =

Slide 16 - Open question

4c · 2d + 10d · c =

Slide 17 - Open question

Slide 18 - Slide

a + 3b + 5a - 2a =

Slide 19 - Open question

5b · 3a =

Slide 20 - Open question

4c · 2d + 10d · c =

Slide 21 - Open question

Als ik a · a doe, dan is het antwoord:
A
B
2a

Slide 22 - Quiz

Negatief getal x negatief getal = ...
A
negatief antwoord
B
positief antwoord

Slide 23 - Quiz

20 - 5 -- 4 =
A
11
B
15
C
21
D
19

Slide 24 - Quiz

regels bij herleiden
+/-
kan alleen bij gelijksoortige termen (letters zijn hetzelfde)

kan altijd!
rekenvolgorde
1. ( )
2. machten
3. x en :
4. + en -

Slide 25 - Slide

Kennen en kunnen
Kennen:
- Regels voor herleiden van letters

Kunnen:
- Herleiden van producten en sommen met letters en getallen

Zelfstandig werken: opgave 72, 73 en 74 blz. 78
Havo: maak opgave 70 op blz 77

Slide 26 - Slide