2hva 30-9-2024 - H3 woordenschat 1e les

Welkom bij Nederlands!
Todo:
  • liggen de spullen die je nodig hebt op tafel?

Op tafel heb je liggen:
  • lesboek
  • schrift
  • pen
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Welkom bij Nederlands!
Todo:
  • liggen de spullen die je nodig hebt op tafel?

Op tafel heb je liggen:
  • lesboek
  • schrift
  • pen

Slide 1 - Slide

Startopdracht 
Maak de zinnen 1 t/m 4 eenvoudiger door het onderstreepte groepje woorden te vervangen door één woord. De betekenis van de zin mag niet veranderen. 
  1. De voordelen van kleedgeld zal ik toelichten aan de hand van een voorbeeld.
  2. Veel ouders bepalen de hoeveelheid zakgeld met gebruikmaking van de gegevens van het Nibud.
  3. Vroeger beslisten mijn ouders over onze vakantiebestemming, maar na verloop van enkele jaren mochten wij daarover meepraten.
  4. In het kader van de excursie organiseert de school een informatieavond. 

Slide 2 - Slide

Wat gaan we deze les doen
  • Huiswerk bespreken
  • Starten met H3 WS (blz. 84): Vaste voorzetsels en voorzetseluitdrukkingen.




Slide 3 - Slide

Huiswerk bespreken
Bespreken huiswerk H2 WS: 
iedereen: opdrachten 1 t/m 4 (vwo opdracht 3 niet)
vwo opdrachten 1, 3 en 5

Slide 4 - Slide





Na deze lessen kun je:
Vaste voorzetsels en voorzetseluitdrukkingen herkennen, begrijpen en gebruiken.
Doel

Slide 5 - Slide

H3 WS Vaste voorzetsels en voorzetseluitdrukkingen
(blz. 84)
Vaste voorzetsels
  • bij sommige werkwoorden
  • bij combinaties van zelfstandig naamwoord + werkwoord.
  • bij combinaties van bijvoeglijk naamwoord + werkwoord. 

Slide 6 - Slide

H3 WS Vaste voorzetsels en voorzetseluitdrukkingen
Voorzetseluitdrukkingen
  • vaste woordcombinaties met voorzetsels.
  • Bijvoorbeeld:
  • door middel van
  • aan de hand van
  • met behulp van

Slide 7 - Slide

Opdracht 1 (blz. 84)

Slide 8 - Slide

Wat:
H3 WS (blz. 84)
Maak opdracht 1 af

Hoe:
Samen met je buurman of 
buurvrouw.

Klaar?
Ga verder met opdracht 2. Je schrijft alle 20 woorden in je schrift en maakt dan de rest van de opdracht.





Hulp nodig?
Kijk naar het stoplicht

rood: stil! 
Vraag het de docent als
je het echt niet meer weet.
geel: fluisterniveau 
Overleg met diegene naast je
groen:  fluisterniveau 
Overleg met diegene naast je of vraag het
de docent  


Aan het werk!
timer
1:00

Slide 9 - Slide






Na deze lessen kun je:
  • Vaste voorzetsels en voorzetseluitdrukkingen herkennen, begrijpen en gebruiken.

Doel

Slide 10 - Slide

Huiswerk 7 oktober
H3, WS (blz. 84 enz.)

Maken: opdrachten 1 t/m 5

Leren:
theorie H1 (blz. 24) en woordenlijst H1 (in SOM)
theorie H2 (blz 54) en woordenlijst H2 (in SOM)
theorie H3 (blz. 84) en woordenlijst H3 (in SOM)

vwo
theorie H2 metonymie (losse bladen)


NB: Toets WS H1 t/m H3 op
vrijdag 18 oktober

Slide 11 - Slide