6V Beco Res.1.2

1.5.2
Het gemiddeld geïnvesteerd vermogen bedraagt ...?
1 / 14
next
Slide 1: Open question
BedrijfseconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

1.5.2
Het gemiddeld geïnvesteerd vermogen bedraagt ...?

Slide 1 - Open question

Case 1.1 vraag 1
A
70.000
B
300.000 / 4 = 75.000
C
320.000 / 4 = 80.000
D
( 300.000 - 20.000 ) / 4 = 70.000

Slide 2 - Quiz

Case 1.1 vraag 2
A
ze blijven gelijk
B
ze veranderen niet
C
A en B zijn beide goed
D
A en B zijn beide fout

Slide 3 - Quiz

Constant <-> Variabel
Variabele kosten veranderen als de geproduceerde hoeveelheid verandert

Constante kosten zijn onafhankelijk van de geproduceerde hoeveelheid

Slide 4 - Slide

Case 1.1 vraag 3
Beginpunt ( 0, 100.000 )

Vervolgpunt ( 2, 120.000 )
( 4, 140.000 )
( 6, 160.000 )

Slide 5 - Slide

Case 1.1 vraag 3

Slide 6 - Slide

Case 1.1 vraag 4
A
SE I
B
SE 1, want de kosten zijn lager
C
SE II, want de kosten zijn lager
D
SE I, want de kosten zijn bij 5 milj. lager

Slide 7 - Quiz

Constant
Variabel
huur gebouw
salaris uitzendkracht
grondstoffen
salaris directeur
interest

Slide 8 - Drag question

Variabele kosten
Variabele kosten zijn afhankelijk van de geproduceerde hoeveelheid
Proportioneel variabele kosten veranderen recht evenredig met de geproduceerde hoeveelheid
Als de productie 10% daalt, dalen de VK ook 10%

( anders progressief, degressief )

Slide 9 - Slide

Opgave 1.10

Slide 10 - Slide

Opgave 1.10a
A
124.000 / 2.200
B
148.000 / 2.800
C
24.000 / 600
D
272.000 / 5.000

Slide 11 - Quiz

1.10b

Slide 12 - Open question

Transfer pricing
De prijs, die een dochteronderneming aan een andere dochteronderneming vraagt, moet gelijk zijn aan de prijs die een externe partij betaalt.
Voorkomen dat bijv. expres een hoge prijs wordt berekend voor belastingvoordeel in het verkopende land.

( Controle niet altijd mogelijk voor belastingdienst )

Slide 13 - Slide

Hw.
Opgave 1.8

Slide 14 - Slide