Weet wat er lichamelijk verandert in de puberteit (schaamhaar, baardgroei, borstgroei, menstruatie, stemverandering)
2
weet hoe hij/zij er zelf goed uit kan zien en heeft hier een reëel beeld van
3
heeft basale kennis van bevruchting en voorplanting (weet dat een zaadje van de man en een eitje van de vrouw bij elkaar komen)
4
heeft uitgebreidere kennis over anticonceptie (noodpil, steralisatie)
5
vertelt over eigen toekomst met wel of geen kinderen eruit kan zien
6
weet dat seks op televisie of op internet onrealistisch is en vraagt een betrouwbare volwassene om uitleg
7
kan rekening houden met eigen (seskuele) wensen en grenzen en die van een ander
8
benoemt verschillende soorten relaties (familie, vriendschap)
9
weet welke invloed op eigen beperking kan hebben op het aangaan van relaties (moeite met inleven in een ander, wel/geen mogelijkheid tot zelfstandig wonen- of samenwerken)
10
kent de risico's van onveilige seks (zwangerschap, opleiding soa)