werk les 5

thema 5 werk
1 / 16
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundePraktijkonderwijsLeerjaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

thema 5 werk

Slide 1 - Slide

Test jezelf
Hoe goed ken jij de begrippen al, of moet je toch nog goed leren voor de toets?

Doe mee met de quiz en kom er achter. 

Slide 2 - Slide

5 minuten tijd om de begrippen te lezen...........blz 158 

Slide 3 - Slide

Werknemer
A
Is een eigen baas
B
Is iemand die bij een bedrijf werkt
C
Is iemand die liever vrije tijd neemt
D
Is iemand die werk geeft

Slide 4 - Quiz

In een sollicitatiegesprek ....
A
Leer jij het bedrijf vast goed kennen
B
Leer jij je nieuwe collega's kennen
C
wordt er gekeken of jij geschikt bent voor de baan
D
Is een gesprek over salaris en vakantiedagen

Slide 5 - Quiz

Tijdens een stage of tijdens je werk...
A
Werk jij voor niks
B
hoef je nog niet zo goed je best te doen
C
kan je zelf bepalen welke taken jij wilt leren
D
leer jij wat werken bij een bedrijf inhoudt

Slide 6 - Quiz

Een vacature is
A
een advertentie voor een beschikbare baan
B
Een papier met afspraken over de baan
C
Een gesprek waarin je zelf presenteert
D
Een advertentie voor werkkleding.

Slide 7 - Quiz

Het laagste salaris wat iedereen hoort te krijgen noem je
A
Salaris
B
Pensioen
C
Maximumloon
D
minimumloom

Slide 8 - Quiz

In een CV staat
A
persoonsgegevens en een verklaring van goed gedrag
B
werkervaring en hobby's en wensen voor de baan
C
Persoonsgegevens, werkervaring, opleiding en hobby's
D
Een verhaal over jouw leven.

Slide 9 - Quiz

Je hoeft je niet altijd aan de afspraken van een contract te houden
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quiz

Solliciteren is
A
een brief schrijven naar een bedrijf
B
Zoeken naar een vacature
C
Een gesprek met je nieuwe baas
D
Alles antwoorden horen bij solliciteren

Slide 11 - Quiz

Het geld dat je op je rekening krijgt van de werkgever noemen wij
A
Uitkering
B
Vakantiegeld
C
Loon
D
Zakgeld

Slide 12 - Quiz

Een werkgever
A
Is een persoon of een bedrijf
B
Iemand die jouw altijd je taken geeft op werk
C
Iemand die het salaris betaald
D
De persoon die werk doet voor een bedrijf

Slide 13 - Quiz

Een vakbond komt op voor de rechten van de werknemer. Je bent verplicht om lid te worden.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quiz

Begrippen oefenen 
maken blz 159 en 160

Opdracht 1 - plaats het begrip in de juist zin
Opdracht 2 - schema woordweb van de begrippen. Welke begrippen horen bij elkaar. 

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide