Woordenschat H1 NN mhv klas 2

1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Voorbereiding toets
Woordenschat
Spelling

Slide 2 - Slide

Wat is een synoniem van eentonig?
A
speciaal
B
gewoon
C
saai
D
gelijk

Slide 3 - Quiz

Wat is de betekenis van internationaal?
A
lokaal
B
nationaal
C
in één land
D
op de hele wereld

Slide 4 - Quiz

Wat is een synoniem van essentieel?
A
belangrijk
B
doorslaggevend
C
speciaal
D
effectief

Slide 5 - Quiz

Wat is een ander woord voor exclusief?
A
speciaal
B
nieuw
C
gewoon
D
neutraal

Slide 6 - Quiz

Wat is de betekenis van kwelling?
A
grote last
B
norm
C
standaard
D
variatie

Slide 7 - Quiz

Wat is een synoniem van voornamelijk?
A
gebonden
B
vooral
C
opgewekt
D
langdradig

Slide 8 - Quiz

Wat is introduceren?
A
geen partij kiezen
B
op de voet volgen
C
jezelf voorstellen
D
zeggen wie je bent

Slide 9 - Quiz

Ik _______ dat je moe bent, je zit zo te gapen. (vermoeden)
A
vermoed
B
vermoedt

Slide 10 - Quiz

Zo! Wat is hier _______? (gebeuren)
A
gebeurt
B
gebeurd

Slide 11 - Quiz

Wij __________ vorige week een beter antwoord op de vraag. (verwachten)
A
verwachten
B
verwachtten

Slide 12 - Quiz

Deze dag ______ mij zoveel energie! (kosten, vt)
A
koste
B
kostte
C
kost

Slide 13 - Quiz

_______ serieus op de vraag! (antwoorden)
A
antwoord
B
antwoordt

Slide 14 - Quiz

______ 1,5 meter afstand!
A
Houd
B
Houdt

Slide 15 - Quiz

Wat is de hoofdgedachte van een tekst?
A
Het belangrijkste wat over het onderwerp gezegd wordt
B
De mening van de schrijver over het onderwerp
C
Het belangrijkste van de tekst in een paar woorden

Slide 16 - Quiz

De belangrijkste informatie in een tekst noemen we...
A
hoofdzaken
B
bijzaken
C
het onderwerp
D
deelonderwerpen

Slide 17 - Quiz