What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
HG 10 (herhaling)
Wat betekent de volgende zin (r. 9)?
Βαίνων ὁ Ξάνθος ἐπισκοπεῖ τὸ ἱερόν.
A
Xanthos loopt naar de tempel en bekijkt hem
B
Terwijl Xanthos loopt, bekijkt hij de tempel
C
Terwijl Xanthos de tempel bekijkt, loopt hij
D
Lopend bekijkt Xanthos de tempel.
1 / 13
next
Slide 1:
Quiz
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
This lesson contains
13 slides
, with
interactive quizzes
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Wat betekent de volgende zin (r. 9)?
Βαίνων ὁ Ξάνθος ἐπισκοπεῖ τὸ ἱερόν.
A
Xanthos loopt naar de tempel en bekijkt hem
B
Terwijl Xanthos loopt, bekijkt hij de tempel
C
Terwijl Xanthos de tempel bekijkt, loopt hij
D
Lopend bekijkt Xanthos de tempel.
Slide 1 - Quiz
In welke naamval staat de participiumvorm ἐπισκπῶν (r. 17)?
A
Nom.ev.
B
gen.ev.
C
acc.ev.
D
gen.mv.
Slide 2 - Quiz
Wat betekent de volgende zin (r. 25-27)?
Ἡ δ’ Εὐρυδίκη τὸν μῦθον διηγουμένη βαίνει πρὸς πέτραν τινὰ καὶ καθίζεται ἐπὶ τῆς πέτρας.
Slide 3 - Open question
Benoem de volgende vorm uit r. 36: στρατιώτας κρατερούς
(dus geef naamval, getal, geslacht)
Slide 4 - Open question
Μίνωι (r. 47). Welke naamval is dit?
A
nom.
B
gen.
C
dat.
D
acc.
Slide 5 - Quiz
Εἷς αὐτῶν ἐστιν ὁ Θησεύς, ἐθέλων τὸν Μινώταυρον ἀποκτείνειν. (r. 57-59)
Eén van hen is Theseus, die de Minotaurus wil doden.
A
Deze vertaling klopt
B
Deze vertaling klopt niet
Slide 6 - Quiz
δακρύοντες (r. 74) betekent:
A
huilend (ev.)
B
hij huilt
C
huilend (mv.)
D
zij huilen
Slide 7 - Quiz
τῶν ὁδῶν ἑκάστη (r. 83-84) betekent...
A
iedere weg
B
elke gang
C
ieder van de wegen
Slide 8 - Quiz
Wat is de juiste vertaling van deze zin:
Τὰ μὲν δὴ παιδία φοβεῖται οὐδ’ ἐπισκοπεῖ τὸν
Μίνωα, ὁ δὲ Θησεὺς χαίρων τὸν Μίνωα ἐπισκοπεῖ,
οὐ δὴ φοβούμενος. (r. 90-92)
Slide 9 - Open question
Wat voor vorm is ζῆν (r. 107)?
A
Infinitivus actief
B
1e persoon actief
C
3e persoon actief
D
2e persoon medium
Slide 10 - Quiz
Wat voor vorm is γελῶσιν (r. 113)?
Slide 11 - Open question
Καὶ ὁ Θησεὺς φιλεῖ τὴν Ἀριάδνην καλὴν οὖσαν. (r. 130-131)
En Theseus houdt van Ariadne, die mooi is.
A
Vertaling klopt
B
Vertaling klopt niet
Slide 12 - Quiz
Wat betekent r. 148-149?
Καὶ οὗτος καθεύδειν οὐ δύναται,
διανοούμενος.
Slide 13 - Open question
More lessons like this
Tekst 7B Nakijken
January 2021
- Lesson with
17 slides
Grieks
WO
Studiejaar 2
Tekst 7C nakijken
January 2021
- Lesson with
15 slides
Grieks
WO
Studiejaar 2
23 september
September 2019
- Lesson with
19 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Tekst 6C nakijken
January 2021
- Lesson with
21 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
19 september
September 2019
- Lesson with
18 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
30 september
September 2019
- Lesson with
15 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
2021-03-01 G3 Grieks Bijspijkerles 2
March 2021
- Lesson with
22 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Grammaticavragen Tekst 6C
January 2021
- Lesson with
11 slides
Grieks
WO
Studiejaar 2