KA 38 - deel 3 - 1920

KA 38
Het Nationaalsocialisme
- verschil fascisme en nationaalsocialisme
- gedachtengoed Nazi's
- verzet in Duitsland?
1 / 21
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

KA 38
Het Nationaalsocialisme
- verschil fascisme en nationaalsocialisme
- gedachtengoed Nazi's
- verzet in Duitsland?

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Herhalen

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Waarom verzetten maar weinig Duitsers zich tegen het Nazi gedachtengoed?

Slide 5 - Slide

Propaganda
  • Radio, posters, films, toespraken
  • Trots, eensgezindheid en macht

Slide 6 - Slide

Gelijkschakeling
Door indoctrinatie werd ervoor gezorgd dat alle Duitsers op de zelfde manier gingen denken; nationaal- socialistsch denken.

Slide 7 - Slide

Indoctrinatie
Onderdrukking andersdenkenden

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Opdracht 
- We bekijken zo de belangrijkste componenten van het gedachtengoed van de Nazi's
- Daarna komen er een vijftal zinnen / stellingen in beeld. 
Kiezen: Zou een nazi het hier mee eens zijn of niet?


Slide 10 - Slide

dynamiek
Verheerlijken van spontane, intuitieve daad. 
Niet denken, maar doen...

Slide 11 - Slide

elitegedachte
Fundamentele ongelijkheid van de mens. 
Bepaalde groepen zijn 'beter'dan andere en zullen het ook beter krijgen. 

Slide 12 - Slide

mystiek natiebegrip
Natie is bijna goddelijk. Het staat boven alles. 

Slide 13 - Slide

leidersbeginsel
De leider behoord van nature het gezag toe. 
In hem zijn alle kenmerken van de natie vertegenwoordigd, waardoor hij weet wat goed is. 

Slide 14 - Slide

totalitarisme
De staat beheerst alle facetten van het leven van de inwoners

Slide 15 - Slide

" Alle mensen zijn gelijkwaardig."
A
EENS
B
ONEENS

Slide 16 - Quiz

" Het verstand is belangrijker dan het gevoel bij het nemen van een beslissing."
A
EENS
B
ONEENS

Slide 17 - Quiz

"Als de staat beslist wat ik doe, doe ik het zeker goed!"
A
EENS
B
ONEENS

Slide 18 - Quiz

" De staat moet ervoor proberen te zorgen dat de enkeling zich goed voelt, dan gaat het met de massa ook goed"
A
EENS
B
ONEENS

Slide 19 - Quiz

"De leider weet wat goed voor mij is."
A
EENS
B
ONEENS

Slide 20 - Quiz

Zelf aan het werk
1. opdracht gedachtengoed
- lees de kenmerken (op het blad) nog een keer door.
- maak de rest van de opdracht. 
2. weektaak

Slide 21 - Slide