1.3 Ullman - Globalisering en het voedselvraagstuk

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

1.3 Globalisering en het voedselvraagstuk 

Arm en Rijk

H1 Genoeg voor iedereen? 

nos.nl

Groeiende middenklasse tegenover grote hongersnood

Interactietheorie van Ullman

Voorwaarden voor vervoersstroom:

1. Complementariteit
2. Transporteerbaarheid
3. Geen tussenliggende mogelijkheden

Interactietheorie Ullman

    1. Leg aan de hand van de transporttheorie de afbeelding uit. 

      

       2. Kan je dit toepassen op de tarwestroom tussen Japan en de VS?

       Gebruik de atlas.

Oorzaken voedselvraagstuk

Geglobaliseerde landbouw

-> prijs wordt bepaald op de wereldmarkt -> oneerlijke concurrentie

Hoe werkt die wereldmarkt?

• hoe meer aanbod, hoe lager de prijs. 

Westerse landen: beschermen eigen productie en markt, subsidiëren de landbouw en werken efficiënter -> lagere prijs

Ontwikkelingslanden: kopen die producten, want die zijn goedkoper en zij hebben minder geld. 

Dumping

Voedseloverschotten worden gedumpt in ontwikkelingslanden.

Eerst tijdens hongersnood, maar dit blijft gebeuren.

Landen blijven afhankelijk. 

Groene revolutie

stijging landbouwopbrengsten

High yielding varieties

-> toename ongelijkheid

-> duurzaamheid neemt af

-> meer gebruik van kunstmest en bestrijdingsmiddelen

Oplossing

Verdelingsvraagstuk: rechtvaardigere handelspolitiek

i.c.m

grotere koopkracht, betere spreiding welvaart, verbetering van de infrastructuur

Tekorten: 

Genetische modificatie

Leg deze cartoon uit