De huid

De huid 
  • grootste orgaan vh lichaam
  • gemiddeld 1,65m2
  • volledige bekleding vh lichaam
  • aan de lichaamsopeningen scherpe grens waar huid stopt en wordt vervangen door slijmvlies
1 / 45
next
Slide 1: Slide
BiologieSecundair onderwijs

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

De huid 
  • grootste orgaan vh lichaam
  • gemiddeld 1,65m2
  • volledige bekleding vh lichaam
  • aan de lichaamsopeningen scherpe grens waar huid stopt en wordt vervangen door slijmvlies

Slide 1 - Slide

Functie van de huid
• bedekking en bescherming van het lichaam.
• in standhouden van een constante lichaamstemperatuur
• huid als zintuig
• huid als opslagplaats
• huid als vitamineproducent


Slide 2 - Slide

Bedekking en bescherming van het lichaam 

 Bescherming tegen mechanisch invloeden
  • stoten, binnendringen bacteriën en virussen
Bescherming tegen fysische invloeden
  • uitdroging, lichaamsvloeistoffen blijven in het lichaam
  • straling, huidcellen vormen pigment om zich te beschermen tegen UV-straling
Bescherming tegen chemische invloeden
  • schadelijke stoffen



Slide 3 - Slide

Constante lichaamstemperatuur 
Isolatie: 
  • lucht tussen de haren isoleert (kippenvel) 
  • vet in het onderhuidse bindweefsel 


Slide 4 - Slide

Constante lichaamstemperatuur 
Wisselende doorbloeding van de capillairen in de huid 
  • lichaamstemperatuur regelbaar
  • bij koude versmallen de capillairen zodat er minder warmte wordt afgegeven en de lichaamswarmte wordt behouden
  • bij warmte verbreden deze capillairen zodat de warmte efficiënter aan de omgeving kan worden afgegeven 

Slide 5 - Slide

Constante lichaamstemperatuur 
Zweetklieren
  • verdamping van zweet zorgt voor afkoeling van lichaam 
  • warmte gecombineerd met een hoge luchtvochtigheid moeilijker te verdragen als een droge warmte

Slide 6 - Slide

Huid als zintuig
De huid bevat vele zintuigen waarmee de omgeving kan worden waargenomen: 
  • tastzintuigen
  • koudezintuigen
  • warmte zintuigen
  • pijnzintuigen


Slide 7 - Slide

Benoem een plaats op de huid waar er zich veel tastzintuigjes bevinden.

Slide 8 - Open question

Huid als opslagplaats
De bindweefsellaag onder de huid is een belangrijke opslagplaats voor de vetreserves van het lichaam

Slide 9 - Slide

Huid als vitamineproducent
Onder de invloed van UV-straling wordt in de huid vitamine D gevormd.


Slide 10 - Slide

Waarom hebben witte mensen een lichtere huid met minder melanine? 

  • De kleurstof melanine beschermt de huid tegen UV-straling. In noordelijkere streken (waar historisch gezien witte mensen leven) met weinig zonlicht zou een te donkere huid echter de aanmaak van vit D te veel hinderen.
  • Mensen met een donkerdere huidskleur zijn beter beschermt tegen zonlicht, melanine kan echt huidkanker voorkomen op plaatsen met veel zonnestraling. 

Slide 11 - Slide

Bouw van de huid 
  • opperhuid of epidermus 
  •  lederhuid of corium
  • onderhuid of subcutis

Slide 12 - Slide

Opperhuid of epidermus
  • buitenste laag
  • geen bloedvaten en zenuwen 
  • 5 lagen : stratum basale, stratum spinosum, stratum granulosum, stratum lucidum en statum corneum

Slide 13 - Slide

Stratum basale 
  • moederlaag 
  • productie nieuwe cellen = keratinocyten
  • melanocyten -> productie melanine 

Slide 14 - Slide

Stratum spinosum
Keratinocyten
Langerhanscellen 
  • aanmaak antilichamen 
  • oorzaak allergiën
  • eiwit langerine bescherming HIV

Slide 15 - Slide

Stratum granulosum
  • cellen in beginstadium verhoorning (keratinisatie)
  • keratine = taai, onoplosbaar eiwit 
  • eeltvorming -> hoog keratine percentage

Slide 16 - Slide

Stratum lucidum
  • zeer compacte laag
  • platte keratinocyten gevuld met keratine 

Slide 17 - Slide

Stratum corneum of hoornlaag
  • buitenste laag epidermis
  • verhoornde, afgeplatte, dode keratinocyten
  • als schilfers afgestoten en vervangen door nieuwe cellen
  • dikke laag bij handpalmen en voetzolen 
  • poriën in de hoornlaag, haar, excretiebuisje van zweetklier

Slide 18 - Slide

Vraag
Waarom is de hoornlaag ter hoogte van de voetzolen en handpalmen dikker?
  • Omdat deze plaatsen continu met de omgeving in aanraking komen. Bijvoorbeeld om dingen vast te grijpen of rond te lopen. Daardoor staan ze meer bloot aan verwonding en slijtage dit wordt gecompenseerd door de hoornlaag op deze plaatsen dikker te maken.

Slide 19 - Slide

Vul de juiste termen in op de afbeelding van de epidermis:
Stratum basale – stratum granulosum – stratum corneum – stratum lucidum – stratum spinosum – melanocyte – Langerhanscel – dode, verhoornde cellen – keratinocyte


Slide 20 - Slide

Lederhuid of corium
Onregelmatig bindweefsel
  • elastische vezels (elasticiteit)
  • collageen vezels (stevigheid)

Grenst aan opperhuid als kegelvormige uitstulpingen 

  • = dermispapillen  

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Lederhuid of corium
  • bloedvaten
  • lymfevaten
  • zenuwen
  • zintuigen
  • zweetklieren


Slide 23 - Slide

Zweetklieren
  • transpiratievocht via porie in opperhuid afgescheiden
  • beheerst door sympathische zenuwen van autonome zenuwstelsel

Exocriene klieren 
  • klein, verspreid over heel het lichaam
Apocriene klieren
  • dik, geurend zweet, vanaf puberteit

Slide 24 - Slide

Onderhuid of subcutis
  • losmazig bindweefsel
  • rijk aan vet
  • diepste deel onderhuid = subcutaan cellulaire weefsel 

Slide 25 - Slide

Wat is de Latijnse benaming voor de opperhuid?
A
Epidermis
B
Dermis
C
corium
D
Subcutis

Slide 26 - Quiz

Wat zit er allemaal in de lederhuid?
A
zintuigen, zweetklieren
B
bloedvaten, lymfevaten,
C
vet
D
zenuwen

Slide 27 - Quiz

Uit wat bestaat de onderhuid?
A
vast bindweefsel
B
dicht bindweefsel
C
losmazig bindweefsel
D
geen van allen

Slide 28 - Quiz

Welke functie heeft de opperhuid?
A
Het produceert zweet.
B
Het geeft stevigheid aan de huid.
C
Het omvat de bloedvaten.
D
Het vormt een barrière tussen binnen en buitenwereld.

Slide 29 - Quiz

De opperhuid bestaat uit
A
de hoornlaag en de kiemlaag
B
de bovenlaag en de onderlaag
C
een opperlaag en onderlaag
D
de hoornlaag en de onderlaag

Slide 30 - Quiz

Er zitten vetcellen in de Lederhuid.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 31 - Quiz

Wat is de latijnse benaming voor de lederhuid?
A
corium
B
Epidermis
C
Subcutis

Slide 32 - Quiz

Wat is de latijnse benaming voor de onderhuid?
A
Corium
B
Epidermis
C
Subcutis

Slide 33 - Quiz

Wat wordt er veel opgeslagen in het onderhuidse bindweefsel?
A
Water
B
Vet
C
Mineralen

Slide 34 - Quiz

Slide 35 - Slide

Afbeelding huid 
Vul de cijfers aan met de juiste termen p.8-9 
  • 1= Epidermis 1A= Stratum basale 1B=stratum spinosum 1C=stratum granulosum
    1D= stratum lucidum 1E= stratum corneum

    2=corium 3=subcutis 4=poriën 5=keratinocyten

    6=dermispapillen 7=capillaire bloedvaten 8=lichaampjes van vater-pacini

    9= lichaampjes van Meissner 10=lichaampjes van Ruffini 11=lichaampjes van Krause


    12=zweetklier 13=haarspiertje 14=Langerhans cellen


    15=melanocyten 16=haarfollikel

Slide 36 - Slide

Eczemen
allergie, netelroos

Slide 37 - Slide

Huidkanker
Melanoom= vorm van huidkanker

Slide 38 - Slide

Flebologie
= diagnostiek en behandeling van spataderen, oedeem of vocht in de benen, chronische wonden en overige dermatologische aandoeningen van het been

Slide 39 - Slide

Flebologie 
lymfoedeem
chronische wonden
spataders

Slide 40 - Slide

Infectieziektes van de huid
herpes (virus)
erysipelas (bacterie)

Slide 41 - Slide

Geslachtsziekte
Chlamydia:
  • bacterie, méér of andere afscheiding, pijn bij het plassen, abnormaal bloedverlies, pijn in onderbuik, onvruchtbaarheid
Syphilis
  • bacterie, begint met rood, hard plekje op penis, vagina of anus, later griepsymptomen, ontstekingen organen 
Genitale wratten
  • bloemkoolachtig, huidkleurige of bruin bultje dat rond de anus en/of de geslachtsorganen, gaat meestal vanzelf weg 

Slide 42 - Slide

Haren, nagels en zweetklieren
  • kaalheid
  • hirsutisme = overmatige haargroei 
  • acne = ontstaat door verstopte of ontstoken talgkliertjes
  • onychopathie = nagelafwijking
  • hyperhidrose = overmatig zweten 

Slide 43 - Slide

Pigmentafwijkingen
melasma
vitiligo
pityriasis versicolor

Slide 44 - Slide

Auto-immuunaandoeningen
psoriasis, lichen planus, cutane lupus erythematodes, pemfigoid

Slide 45 - Slide