chapitre 3 - iemand beschrijven

Programme
  1. Parler
  2. Préparer ta présentation





Chap 3: Fous de shopping 
1 / 21
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Programme
  1. Parler
  2. Préparer ta présentation





Chap 3: Fous de shopping 

Slide 1 - Slide

Les buts

- Je kunt jezelf en anderen beschrijven



Slide 2 - Slide

Révision phrases-clés

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

hoe kan je iemand beschrijven?

Slide 5 - Mind map

Slide 6 - Slide

Les cheveux
longs / courts = lang / kort
raides / frisés (bouclés) = steil / gekruld

blonds = blond
bruns = bruin
roux = rood
noirs = zwart

Slide 7 - Slide

Les yeux
bleus = blauw
verts = groen
marron = bruin
gris = grijs

grand/petit = groot / klein
il/elle porte des lunettes = hij/zij draagt een bril

Slide 8 - Slide

La taille, la silhouette
grand / petit = lang / klein

mince / costaud = slank / stevig

Slide 9 - Slide

hoe zeg je dat Valérie rood haar heeft
A
il a les cheveux roux
B
elle a les cheveux roux
C
elle a les cheveux rouge
D
il a les cheveux rouges

Slide 10 - Quiz

Mon oncle est costaud betekent dat.....
A
je oom rijk is
B
je oom chagrijnig is
C
je oom een stevig postuur heeft
D
je oom blut is

Slide 11 - Quiz

een bril
A
une lunette
B
des lunettes
C
une lunettes
D
des lunette

Slide 12 - Quiz

uiterlijk beschrijven
Moi, j' ai les cheveux mi-courts et blonds-gris.
J' ai les yeux bleus-gris.
Je suis petite. je mesure 1 mètre 68
Je n' ai pas de lunettes.
Je porte un pantalon.. et un pull...

Slide 13 - Slide

Beschrijf kort je eigen uiterlijk:
(haar, ogen, groot/klein)

Slide 14 - Open question

décrire les vêtements
Moi, je porte
un pantalon gris
un t-shirt bleu
un cardigan noir
des chaussures noires
des chaussettes noires

Slide 15 - Slide

Beschrijf de kleding die je vandaag draagt. Noem ook de kleur.

Slide 16 - Open question

het signalement van een aardige krullenbol met zwart haar, blauwe ogen, een spijkerbroek en een groen t-shirt, luidt:
A
il est gentil, il a les cheveux bruns bouclés, les yeux bleus et il porte un jean avec un t-shirt vert
B
il est triste, il a les cheveux noirs, les yeux bleus et il porte un jean avec un t-shirt vert
C
il est joyeux, il a les cheveux noirs, les yeux bleus et il porte un pantalon avec t-shirt vert
D
il est gentil, il a les cheveux noirs bouclés, les yeux bleus et il porte un jean avec un t-shirt vert

Slide 17 - Quiz

Tâche
SITUATIE
In deze taak ga je een opsporingsbericht schrijven- un avis de recherche
DOELEN
Met deze taak oefen je:
- iemand te beschrijven- 
- iemand anders te karakteriseren
HOELANG en daarna?
20 minuten. Daarna ga je verder met je presentatie.





timer
20:00

Slide 18 - Slide

la fin

  • vragen?

Slide 19 - Slide

ik kan iemand beschrijven
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll

au revoir! 

Slide 21 - Slide