Erasmus Weg met de Oorlog 10-16

• Latijn
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Erasmus 'Weg met de oorlog' 1.1 10-16  + werkwoorden

Welke soorten modi heeft het Latijn? Dus wat zijn je opties als de vraag is: welke modus heeft dit werkwoord? Het zijn er 7.

En in welke tijd kan een werkwoord staan? (6x)

En wat zijn je opties bij 'diathese'? (3x)

Thrasymachus: Spes praedae reddiderat fortem.
Citeer het werkwoord.

De modus van reddiderat is

1. indicativus
2. imperativus
3. infinitivus
4. conjunctivus

De tijd van reddiderat is

1. praesens
2. imperfectum
3. perfectum
4. plusquamperfectum

Vertaal: Spes praedae reddiderat fortem.

HANNO Multum igitur refers manubiarum.

Citeer het werkwoord.

De modus van refers is

1. indicativus
2. participium
3. gerundium
4. conjunctivus

De tijd van refers is

1. praesens
2. imperfectum
3. perfectum
4. plusquamperfectum

vertaal: Multum igitur refers manubiarum.

THRASYMACHUS Immo zonam inanem.
Welk werkwoord zou je hier willen aanvullen?

1. refers
2. refero
3. est
4. sum

Vertaal: Immo zonam inanem.

HANNO Tanto minus gravaris sarcina.
Citeer het werkwoord.

Welke 'diathese' heeft gravaris?

1. actief
2. passief
3. deponens

vertaal: Tanto minus gravaris sarcina.

THRASYMACHUS Atqui sceleribus onustus redeo.

Citeer en vertaal het werkwoord.

Vertaal: Atqui sceleribus onustus redeo.

Hanno: Gravis profecto sarcina, si verum dicit propheta, qui peccatum appellat plumbum.

Welk werkwoord zou je in het stuk tot de eerste komma toe willen voegen? Geef het - vervoegde - antwoord in het Latijn.

Hanno: Gravis profecto sarcina, si verum dicit propheta, qui peccatum appellat plumbum.

Citeer de twee andere werkwoorden uit deze zin.

Vertaal: Gravis profecto sarcina, si verum dicit propheta, qui peccatum appellat plumbum.

Heb je nog vragen?