OP3 - Blokken Bordewijk Hachmang

1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Ferdinand Bordewijk
Strak, sober, weinig beschrijvingen, geen sentimentaliteit
Typische namen
Bint
Karakter
Blokken

Slide 3 - Slide

Ferdinand Bordewijk (1884-1965)


1931 Blokken, anti-utopisch verhaal/dystopie 
toekomst(?)dictatuur wordt afgeschilderd), 
verwijzingen naar Rusland, nachtmerrieachtig. 
Opbouw = “blokkendoos”, stijl = korte zinnen, vorm en inhoud komen overeen, stroming = constructivisme

Slide 4 - Slide

Blokken - de mislukking van een heilstaat
De klassieke roman Blokken van Ferdinand Bordewijk uit 1931 is door Viktor Hachmang in 2018 tot beeldroman gevormd. 
De tekst van Bordewijk is in de beeldroman hetzelfde gebleven, en vormt nu één geheel met de illustraties van Hachmang. 
10 Hoofdstukken - 1 primaire kleur + zwart/wit
Het boek beschrijft hoe het leven er in de Staat aan toe gaat. De mensen wonen in woonblokken en werken in werkkwadraten. Ze hebben geen vrije weekenden, maar iedere vijfde dag is een rustdag vol met activiteiten. 

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Vul de volgende zin aan:
Dit is een … tekst over …

Slide 19 - Open question

Regels voor het gesprek

  1. Het gesprek wordt gevoerd door leerlingen die allemaal hetzelfde boek hebben gelezen.
  2. Je pakt een kaartje van de stapel.
  3. Je leest de vraag van het kaartje voor. De volgende leerling beantwoordt de vraag, vervolgens reageren de andere clubleden op dat antwoord. Er ontstaat dus een gesprek. Niet alleen maar antwoorden op de vragen! Daarna is de volgende leerling aan de beurt, tot alle vragen op zijn.

Slide 20 - Slide

Vul de volgende zin aan:
Dit is een … tekst over …

Slide 21 - Open question