Les 2 Verbintenissenrecht H13 Vier verbintenissen uit de wet 1e jaars

1 / 54
next
Slide 1: Slide
rechtsvakkenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 54 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Maak een foto van een ONROERENDE zaak met SNEEUW!

Slide 2 - Open question

Slide 3 - Slide

Wat weet je nog van hoofdstuk 12?

Slide 4 - Mind map

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Degene voor wie de zaak behartigd wordt noemen we:
A
de zaakwaarnemer
B
de belanghebbende

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Noem een voorbeeld van een onverschuldigde betaling.

Slide 15 - Open question

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Wat is het gevolg van een ongerechtvaardigde verrijking?

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Is een ruitje intikken of een deur intrappen ALTIJD onrechtmatig?
A
Ja
B
Nee

Slide 24 - Quiz

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Over een persoon worden dingen beweerd in een tijdschrift wat helemaal niet waar is. Wat is de meest passende vordering?
A
Plaatsverbod
B
Herstel in de oorspronkelijke staat
C
Contactverbod
D
Rectificatie

Slide 31 - Quiz

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Wat voor soort schade is angst in het verkeer nadat je een auto-ongeluk hebt gehad?
A
materiële schade
B
affectieve schade
C
immateriële schade
D
geen schade

Slide 36 - Quiz

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

wat is het eerste wat in je opkomt als je aan je vakantie denkt?

Slide 45 - Mind map

De aansprakelijkheid van de producent voor medische kosten geldt voor het gehele bedrag van de schade.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 46 - Quiz

De aansprakelijkheid van de producent voor schade aan zaken geldt voor het gehele bedrag van de schade.
A
Onjuist, alleen voor de helft van de schade.
B
Juist
C
Onjuist, alleen als de schade boven de 1000,- bedraagt.
D
Onjuist, alleen als de schade boven de 500,- bedraagt.

Slide 47 - Quiz

De werkgever is alleen aansprakelijk voor onrechtmatige daden binnen het kader van het werk.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 48 - Quiz

De aansprakelijkheid van ouders voor hun kinderen van 16 jaar is een schuldaansprakelijkheid.
A
Juist
B
Onjuist, het kind is zelf aansprakelijk
C
Onjuist, de ouders zijn risico-aansprakelijk
D
Onjuist, de ouders zijn altijd aansprakelijk

Slide 49 - Quiz

Voor kinderen van 14 en 15 jaar geldt een schuldaansprakelijkheid met omgekeerde bewijslast voor hun ouders.
A
Onjuist
B
Juist

Slide 50 - Quiz

De werkgever is aansprakelijk voor onrechtmatige daden die de werknemer in zijn vrije tijd pleegt.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 51 - Quiz

De vermogensschade wordt ook wel immateriële schade genoemd.
A
Juist
B
Onjuist, dit is affectieve schade
C
Onjuist, dit is materiële schade
D
Geen van alle

Slide 52 - Quiz

Slide 53 - Slide

Slide 54 - Slide