V3 Chap 2 .2 We doen niet alles!

Chapitre 2
sterk gereduceerd

SO  =>  week 50
1 / 21
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with text slides.

Items in this lesson

Chapitre 2
sterk gereduceerd

SO  =>  week 50

Slide 1 - Slide

Hoe zoek je het lijdend voorwerp?
Hoe kun je dit vervangen?

Slide 2 - Slide

Hoe zoek je het meewerkend voorwerp?
Hoe kun je dit vervangen?

Slide 3 - Slide

- apprendre: les verbes 
le présent

Slide 4 - Slide

- apprendre: les verbes 
ww-er
ww-ir
ww-re
le présent
le passé composé
réguliers

Slide 5 - Slide

le présent = OTT
WERKWOORDEN -ER
stam +
e
es
e
ons
ez
ent
WERKWOORDEN -IR
stam +
is
is
it
issons
issez
issent
je
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
je
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
1 - 2
ww-er
ww-ir

Slide 6 - Slide

le présent = OTT
WERKWOORDEN -RE
stam +
is
is
it
issons
issez
issent
je
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
1 - 2
s
s
-

ons
ez
ent
ww-re

Slide 7 - Slide

Oefenen met ritme:
e
es
e
ons
ez
ent
is
is
it
issons
issez
issent
s
s
-
ons
ez
ent
-er
-ir
-re
4 x er
2 x ir
4 x re
1 x er
1 x ir
1 x re

Slide 8 - Slide

Verbuga:
Oefen met:
regarder - finir - vendre
 + le présent

Kies er steeds twee uit.
Oefen niet langer dan 5 min per keer.
Doe dit een aantal keren per dag.
e
es
e
ons
ez
ent
is
is
it
issons
issez
issent
s
s
-
ons
ez
ent
-er
-ir
-re

Slide 9 - Slide

Vul in : le présent
werkwoorden op -er
rester
rentrer
se laver
parler
se coucher
werkwoorden op -ir
réussir
finir
choisir
werkwoorden op -re
répondre
vendre
onreg. werkwoorden
avoir    faire  vouloir
être     aller   venir

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Link

- apprendre: les verbes 
le passé composé

Slide 12 - Slide

Vul in : le passé composé
werkwoorden op -er
rester
arriver
écouter
parler
werkwoorden op -ir
réussir
finir
choisir
werkwoorden op -re
répondre
vendre
onreg. werkwoorden
avoir    faire  vouloir
être     aller   venir

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Link

- apprendre: les verbes 
irréguliers = onregelmatig

... leerwerk ...

Slide 15 - Slide

- Oefen met Verbuga
Vul deze 3 werkwoorden in
Vul deze tijden in

Slide 16 - Slide

Vul in : le présent
Je moet ook weten 
- wat ze betekenen
onreg. werkwoorden
avoir    faire  vouloir
être     aller   
venir     revenir     devenir
partir     sortir
dormir     servir     sentir

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Link

Vul in : le passé composé
Je moet ook weten 
- wat ze betekenen
onreg. werkwoorden
avoir    faire  vouloir
être     aller   
venir     revenir     devenir
partir     sortir
dormir     servir     sentir

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Link

Je kunt natuurlijk ook alles door elkaar oefenen....

de echte uitdaging....

Slide 21 - Slide