donderdag 29 okt les 4

Hausaufgaben Donnerstag
Lernen: C wb blz 89 --> online slim stampen en B invul 1/2/3
Machen: Übungen 9 bis zum (t/m) 14 und 18

1 / 10
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 10 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Hausaufgaben Donnerstag
Lernen: C wb blz 89 --> online slim stampen en B invul 1/2/3
Machen: Übungen 9 bis zum (t/m) 14 und 18

Slide 1 - Slide

ZIEL HEUTE!
VANDAAG GAAN WE BEZIG MET PEROONLIJKE VOORNAAMWOORDEN EN HOE JE DIE IN EEN ZIN OF NA VOORZETSELS MOET GEBRUIKEN.

Slide 2 - Slide

Groepswerk
Ga in de volgende groepjes de volgende opdracht proberen op te lossen. Zet alles in de goede volgorde. Leg ze op het papier en als je denkt klaar te zijn neem ik een foto en bekijk het.
Welke groep heeft de minste fouten in de snelste tijd??

Slide 3 - Slide

Ga in deze Groepen zitten en ga aan de slag. 
VIEL ERFOLG!!!
  1.  Milan, Ramon, Linde, Elisa
  2. Faris, Noan, Mare, Siebren
  3. Davide, Fardou, Ruben, Marvin
  4. Sophia, Juliëtte, Mette, Lilian
  5. Anna, Fréderique, Yoran, Isa
  6. Marrit, Emma + Steven + morris

timer
8:00

Slide 4 - Slide

Uitleg grammatica
PAK JE STENCIL ERBIJ. DAAR STAAT ALLES OOK OP!

Slide 5 - Slide

Voorzetsels (=vrz) 4e nmv: 
  • Durch, = door
  • Für,  = voor(mij)
  • Gegen, = tegen
  • Ohne, = zonder
  • Um, = om
  • Bis, = tot
  • Entlang, = langs
  • Ezelsbruggetje GOEDBUF
  • Al deze vrz krijgen altijd het rijtje van de 4e nvm van het pers nmv mich, dich, ihn enz.

Slide 6 - Slide

Voorzetsels 3e nmv: 
  • Aus, = uit
  • Bei, = bij
  • Mit, = met
  • Nach, = naar/na
  • Seit, = sinds
  • Von, = van
  • Zu, = naar (personen en gebouwen)
  • Außer (ausser), =behalve
  • Gegenüber, = tegenover
  • Ezelsbruggetje GANZvonBAMS
  • Al deze voorzetsels krijgen altijd het rijtje van de 3e naamval van het pers vnw mir, dir, ihm enz!

Slide 7 - Slide

0

Slide 8 - Video

HAUSAUFGABEN 4-11
*LERNEN: de rijtjes van GOEDBUF (4e) en GANZvonBAMS (3e) uit je hoofd. + de 3 rijtjes van de pers 
* LERNEN / LESEN--> stencil Gramm wat je hebt gekregen. (staat ook in teams)
*MACHEN: 19 + 20. Onderstreep in deze oefeningen alle voorzetsels.
  (laat 21 en 22 nog maar even. Het mag wel)

WERK AL JE ACHTERSTANDEN BIJ. DAN GAAN WE VOLGENDE WEEK VERDER MET UITLEG ONTLEDEN.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link