Les 11 Overtuigende presentaties

1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
Aan het einde van de les:
- kun je vertellen wat de opbouw is van een overtuigende presentatie
- kun je op verschillende manieren een standpunt formuleren
- kun je argumenten formuleren bij een standpunt.

Slide 3 - Slide

Argumenten zijn redenen of bewijzen om iets uit te leggen

Een standpunt is een mening of oordeel over een onderwerp


Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

Voorbeelden van signaalwoorden:
Tegenstelling: maar, echter, daarentegen.
Opsomming: en, bovendien, ook, ten eerste.
Oorzaak-gevolg: omdat, daarom, daardoor, dus.
Vergelijking: net zoals, evenals, in vergelijking met.
Conclusie: dus, kortom, daarom, samengevat.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

Als je iets weerlegt, betekent het dat je uitlegt waarom iets niet klopt.

Argumenten zijn redenen waarmee je uitlegt waarom je iets vindt.
Aan de slag
Maak opdracht 1 t/m 3 van Spreken 2.2 in Nu Nederlands

Slide 12 - Slide

This item has no instructions