Informeren: nieuwsbericht, achtergrondartikel, bijsluiter medicijn, brochure, voorlichtingsfolder.
Instrueren: recept, handleiding, gebruiksaanwijzing.
Overtuigen: betoog, ingezonden brief.
Overhalen: reclames op de tv, affiches die hangen in bushokjes, uitnodigingen voor feestjes.